insluiten
(n)
(n)
(omringen)
|
cerchiamento
(m)
(n)
(omringen)
|
insluiten
(n)
(n)
(omringen)
|
circondamento
(m)
(n)
(omringen)
|
insluiten
(n)
(n)
(algemeen)
|
inclusione
(f)
(n)
(algemeen)
|
insluiten
(n)
(n)
(omringen)
|
circondare
(m)
(n)
(omringen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
circondando
circondano
circondi
circondavano
circondavi
|
insluiten
(n)
(v)
(opsluiten)
|
mettere sotto chiave
(v)
(opsluiten)
|
insluiten
(n)
(v)
(mogelijkheid)
|
comportare
(v)
(mogelijkheid)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
comportando
comportano
comporti
comportavano
comportavi
|
insluiten
(n)
(v)
(met zich meebrengen)
|
comprendere
(v)
(met zich meebrengen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
comprendendo
comprendi
comprendono
comprendevano
comprendevi
|
insluiten
(n)
(v)
(omvatten)
|
abbracciare
(v)
(omvatten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
abbracciando
abbracci
abbracciano
abbracciavano
abbracciavi
|
insluiten
(n)
(v)
(met zich meebrengen)
|
chiudere dentro
(v)
(met zich meebrengen)
|
insluiten
(n)
(v)
(mogelijkheid)
|
confinare
(v)
(mogelijkheid)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
confinando
confinano
confini
confinavano
confinavi
|
insluiten
(n)
(v)
(opsluiten)
|
rinchiudere
(v)
(opsluiten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
rinchiudendo
rinchiudi
rinchiudono
rinchiudevano
rinchiudevi
|
insluiten
(n)
(v)
(omvatten)
|
recintare
(v)
(omvatten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
recintando
recintano
recinti
recintavano
recintavi
|
insluiten
(n)
(v)
(omvatten)
|
prendere in considerazione
(v)
(omvatten)
|
insluiten
(n)
(v)
(omvatten)
|
relegare
(v)
(omvatten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
relegando
relegano
releghi
relegavano
relegavi
|
insluiten
(n)
(v)
(omheining)
|
prendere in considerazione
(v)
(omheining)
|
insluiten
(n)
(v)
(algemeen)
|
chiudere dentro
(v)
(algemeen)
|
insluiten
(n)
(v)
(omheining)
|
implicare
(v)
(omheining)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
implicando
implicano
implichi
implicavano
implicavi
|
insluiten
(n)
(v)
(omheining)
|
mettere sotto chiave
(v)
(omheining)
|
insluiten
(n)
(v)
(omheining)
|
comportare
(v)
(omheining)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
comportando
comportano
comporti
comportavano
comportavi
|
insluiten
(n)
(v)
(algemeen)
|
contenere
(v)
(algemeen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
contenendo
contengono
contieni
contenevano
contenevi
|
insluiten
(n)
(v)
(omheining)
|
abbracciare
(v)
(omheining)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
abbracciando
abbracci
abbracciano
abbracciavano
abbracciavi
|
insluiten
(n)
(v)
(omvatten)
|
chiudere dentro
(v)
(omvatten)
|
insluiten
(n)
(v)
(omheining)
|
confinare
(v)
(omheining)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
confinando
confinano
confini
confinavano
confinavi
|
insluiten
(n)
(v)
(omringen)
|
avanzare da ogni lato
(v)
(omringen)
|
insluiten
(n)
(v)
(mogelijkheid)
|
cintare
(v)
(mogelijkheid)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
cintando
cintano
cinti
cintavano
cintavi
|
insluiten
(n)
(v)
(met zich meebrengen)
|
recingere
(v)
(met zich meebrengen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
recingendo
recingi
recingono
recingevano
recingevi
|
insluiten
(n)
(v)
(mogelijkheid)
|
relegare
(v)
(mogelijkheid)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
relegando
relegano
releghi
relegavano
relegavi
|
insluiten
(n)
(v)
(omheining)
|
rinchiudere
(v)
(omheining)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
rinchiudendo
rinchiudi
rinchiudono
rinchiudevano
rinchiudevi
|
insluiten
(n)
(v)
(algemeen)
|
implicare
(v)
(algemeen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
implicando
implicano
implichi
implicavano
implicavi
|
insluiten
(n)
(v)
(omheining)
|
recintare
(v)
(omheining)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
recintando
recintano
recinti
recintavano
recintavi
|
insluiten
(n)
(v)
(met zich meebrengen)
|
mettere sotto chiave
(v)
(met zich meebrengen)
|
insluiten
(n)
(v)
(vijand)
|
circondare
(m)
(v)
(vijand)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
circondando
circondano
circondi
circondavano
circondavi
|
insluiten
(n)
(v)
(omvatten)
|
includere
(v)
(omvatten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
includendo
includi
includono
includevano
includevi
|
insluiten
(n)
(v)
(mogelijkheid)
|
prendere in considerazione
(v)
(mogelijkheid)
|
insluiten
(n)
(v)
(omvatten)
|
comportare
(v)
(omvatten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
comportando
comportano
comporti
comportavano
comportavi
|
insluiten
(n)
(v)
(omheining)
|
comprendere
(v)
(omheining)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
comprendendo
comprendi
comprendono
comprendevano
comprendevi
|
insluiten
(n)
(v)
(algemeen)
|
abbracciare
(v)
(algemeen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
abbracciando
abbracci
abbracciano
abbracciavano
abbracciavi
|
insluiten
(n)
(v)
(omheining)
|
chiudere dentro
(v)
(omheining)
|
insluiten
(n)
(v)
(omvatten)
|
confinare
(v)
(omvatten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
confinando
confinano
confini
confinavano
confinavi
|
insluiten
(n)
(v)
(Brief)
|
accludere
(v)
(Brief)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
accludendo
accludi
accludono
accludevano
accludevi
|
insluiten
(n)
(v)
(algemeen)
|
cintare
(v)
(algemeen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
cintando
cintano
cinti
cintavano
cintavi
|
insluiten
(n)
(v)
(opsluiten)
|
prendere in considerazione
(v)
(opsluiten)
|
insluiten
(n)
(v)
(opsluiten)
|
recintare
(v)
(opsluiten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
recintando
recintano
recinti
recintavano
recintavi
|
insluiten
(n)
(v)
(omheining)
|
contenere
(v)
(omheining)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
contenendo
contengono
contieni
contenevano
contenevi
|
insluiten
(n)
(v)
(opsluiten)
|
recingere
(v)
(opsluiten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
recingendo
recingi
recingono
recingevano
recingevi
|
insluiten
(n)
(v)
(omheining)
|
includere
(v)
(omheining)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
includendo
includi
includono
includevano
includevi
|
insluiten
(n)
(v)
(algemeen)
|
comportare
(v)
(algemeen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
comportando
comportano
comporti
comportavano
comportavi
|
insluiten
(n)
(v)
(met zich meebrengen)
|
contenere
(v)
(met zich meebrengen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
contenendo
contengono
contieni
contenevano
contenevi
|
insluiten
(n)
(v)
(mogelijkheid)
|
comprendere
(v)
(mogelijkheid)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
comprendendo
comprendi
comprendono
comprendevano
comprendevi
|
insluiten
(n)
(v)
(omvatten)
|
cintare
(v)
(omvatten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
cintando
cintano
cinti
cintavano
cintavi
|
insluiten
(n)
(v)
(met zich meebrengen)
|
confinare
(v)
(met zich meebrengen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
confinando
confinano
confini
confinavano
confinavi
|
insluiten
(n)
(v)
(vijand)
|
accerchiare
(v)
(vijand)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
accerchiando
accerchi
accerchiano
accerchiavano
accerchiavi
|
insluiten
(n)
(v)
(omringen)
|
cingere
(v)
(omringen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
cingendo
cingi
cingono
cingevano
cingevi
|
insluiten
(n)
(v)
(met zich meebrengen)
|
includere
(v)
(met zich meebrengen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
includendo
includi
includono
includevano
includevi
|
insluiten
(n)
(v)
(omheining)
|
relegare
(v)
(omheining)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
relegando
relegano
releghi
relegavano
relegavi
|
insluiten
(n)
(v)
(mogelijkheid)
|
rinchiudere
(v)
(mogelijkheid)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
rinchiudendo
rinchiudi
rinchiudono
rinchiudevano
rinchiudevi
|
insluiten
(n)
(v)
(met zich meebrengen)
|
implicare
(v)
(met zich meebrengen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
implicando
implicano
implichi
implicavano
implicavi
|
insluiten
(n)
(v)
(omvatten)
|
recingere
(v)
(omvatten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
recingendo
recingi
recingono
recingevano
recingevi
|
insluiten
(n)
(v)
(algemeen)
|
mettere sotto chiave
(v)
(algemeen)
|
insluiten
(n)
(v)
(met zich meebrengen)
|
comportare
(v)
(met zich meebrengen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
comportando
comportano
comporti
comportavano
comportavi
|
insluiten
(n)
(v)
(mogelijkheid)
|
includere
(v)
(mogelijkheid)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
includendo
includi
includono
includevano
includevi
|
insluiten
(n)
(v)
(algemeen)
|
prendere in considerazione
(v)
(algemeen)
|
insluiten
(n)
(v)
(opsluiten)
|
comportare
(v)
(opsluiten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
comportando
comportano
comporti
comportavano
comportavi
|
insluiten
(n)
(v)
(algemeen)
|
confinare
(v)
(algemeen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
confinando
confinano
confini
confinavano
confinavi
|
insluiten
(n)
(v)
(met zich meebrengen)
|
abbracciare
(v)
(met zich meebrengen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
abbracciando
abbracci
abbracciano
abbracciavano
abbracciavi
|
insluiten
(n)
(v)
(mogelijkheid)
|
chiudere dentro
(v)
(mogelijkheid)
|
insluiten
(n)
(v)
(opsluiten)
|
confinare
(v)
(opsluiten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
confinando
confinano
confini
confinavano
confinavi
|
insluiten
(n)
(v)
(Brief)
|
allegare
(v)
(Brief)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
allegando
allegano
alleghi
allegavano
allegavi
|
insluiten
(n)
(v)
(met zich meebrengen)
|
cintare
(v)
(met zich meebrengen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
cintando
cintano
cinti
cintavano
cintavi
|
insluiten
(n)
(v)
(algemeen)
|
recingere
(v)
(algemeen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
recingendo
recingi
recingono
recingevano
recingevi
|
insluiten
(n)
(v)
(algemeen)
|
relegare
(v)
(algemeen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
relegando
relegano
releghi
relegavano
relegavi
|
insluiten
(n)
(v)
(algemeen)
|
rinchiudere
(v)
(algemeen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
rinchiudendo
rinchiudi
rinchiudono
rinchiudevano
rinchiudevi
|
insluiten
(n)
(v)
(mogelijkheid)
|
contenere
(v)
(mogelijkheid)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
contenendo
contengono
contieni
contenevano
contenevi
|
insluiten
(n)
(v)
(algemeen)
|
recintare
(v)
(algemeen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
recintando
recintano
recinti
recintavano
recintavi
|
insluiten
(n)
(v)
(opsluiten)
|
includere
(v)
(opsluiten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
includendo
includi
includono
includevano
includevi
|
insluiten
(n)
(v)
(omvatten)
|
implicare
(v)
(omvatten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
implicando
implicano
implichi
implicavano
implicavi
|
insluiten
(n)
(v)
(omvatten)
|
mettere sotto chiave
(v)
(omvatten)
|
insluiten
(n)
(v)
(opsluiten)
|
cintare
(v)
(opsluiten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
cintando
cintano
cinti
cintavano
cintavi
|
insluiten
(n)
(v)
(algemeen)
|
comprendere
(v)
(algemeen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
comprendendo
comprendi
comprendono
comprendevano
comprendevi
|
insluiten
(n)
(v)
(opsluiten)
|
abbracciare
(v)
(opsluiten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
abbracciando
abbracci
abbracciano
abbracciavano
abbracciavi
|
insluiten
(n)
(v)
(vijand)
|
cingere
(v)
(vijand)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
cingendo
cingi
cingono
cingevano
cingevi
|
insluiten
(n)
(v)
(algemeen)
|
includere
(v)
(algemeen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
includendo
includi
includono
includevano
includevi
|
insluiten
(n)
(v)
(omvatten)
|
rinchiudere
(v)
(omvatten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
rinchiudendo
rinchiudi
rinchiudono
rinchiudevano
rinchiudevi
|
insluiten
(n)
(v)
(mogelijkheid)
|
recintare
(v)
(mogelijkheid)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
recintando
recintano
recinti
recintavano
recintavi
|
insluiten
(n)
(v)
(mogelijkheid)
|
recingere
(v)
(mogelijkheid)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
recingendo
recingi
recingono
recingevano
recingevi
|
insluiten
(n)
(v)
(opsluiten)
|
relegare
(v)
(opsluiten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
relegando
relegano
releghi
relegavano
relegavi
|
insluiten
(n)
(v)
(met zich meebrengen)
|
prendere in considerazione
(v)
(met zich meebrengen)
|
insluiten
(n)
(v)
(omringen)
|
circondare
(m)
(v)
(omringen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
circondando
circondano
circondi
circondavano
circondavi
|
insluiten
(n)
(v)
(mogelijkheid)
|
implicare
(v)
(mogelijkheid)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
implicando
implicano
implichi
implicavano
implicavi
|
insluiten
(n)
(v)
(mogelijkheid)
|
mettere sotto chiave
(v)
(mogelijkheid)
|
insluiten
(n)
(v)
(omvatten)
|
comprendere
(v)
(omvatten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
comprendendo
comprendi
comprendono
comprendevano
comprendevi
|
insluiten
(n)
(v)
(opsluiten)
|
comprendere
(v)
(opsluiten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
comprendendo
comprendi
comprendono
comprendevano
comprendevi
|
insluiten
(n)
(v)
(mogelijkheid)
|
abbracciare
(v)
(mogelijkheid)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
abbracciando
abbracci
abbracciano
abbracciavano
abbracciavi
|
insluiten
(n)
(v)
(opsluiten)
|
chiudere dentro
(v)
(opsluiten)
|
insluiten
(n)
(v)
(omvatten)
|
contenere
(v)
(omvatten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
contenendo
contengono
contieni
contenevano
contenevi
|
insluiten
(n)
(v)
(vijand)
|
avanzare da ogni lato
(v)
(vijand)
|
insluiten
(n)
(v)
(omheining)
|
cintare
(v)
(omheining)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
cintando
cintano
cinti
cintavano
cintavi
|
insluiten
(n)
(v)
(omheining)
|
recingere
(v)
(omheining)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
recingendo
recingi
recingono
recingevano
recingevi
|
insluiten
(n)
(v)
(met zich meebrengen)
|
relegare
(v)
(met zich meebrengen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
relegando
relegano
releghi
relegavano
relegavi
|
insluiten
(n)
(v)
(met zich meebrengen)
|
rinchiudere
(v)
(met zich meebrengen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
rinchiudendo
rinchiudi
rinchiudono
rinchiudevano
rinchiudevi
|
insluiten
(n)
(v)
(opsluiten)
|
contenere
(v)
(opsluiten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
contenendo
contengono
contieni
contenevano
contenevi
|
insluiten
(n)
(v)
(met zich meebrengen)
|
recintare
(v)
(met zich meebrengen)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
recintando
recintano
recinti
recintavano
recintavi
|
insluiten
(n)
(v)
(opsluiten)
|
implicare
(v)
(opsluiten)
|
ingesloten
sluiten in
sluit in
sloten in
sloot in
|
implicando
implicano
implichi
implicavano
implicavi
|