vastleggen
(v)
(algemeen)
|
fastsätta
(v)
(algemeen)
|
|
vastleggen
(v)
(algemeen)
|
bestämma
(v)
(algemeen)
|
|
vastleggen
(v)
(overeenkomst)
|
fastställa
(v)
(overeenkomst)
|
|
vastleggen
(v)
(algemeen)
|
bädda in
(v)
(algemeen)
|
|
vastleggen
(v)
(overeenkomst)
|
bädda in
(v)
(overeenkomst)
|
|
vastleggen
(v)
(hond)
|
binda fast
(v)
(hond)
|
|
vastleggen
(v)
(tijd)
|
fastställa
(v)
(tijd)
|
|
vastleggen
(v)
(tijd)
|
fastsätta
(v)
(tijd)
|
|
vastleggen
(v)
(Geld)
|
låsa fast
(v)
(Geld)
|
|
vastleggen
(v)
(tijd)
|
bestämma
(v)
(tijd)
|
|
vastleggen
(v)
(algemeen)
|
fastställa
(v)
(algemeen)
|
|
vastleggen
(v)
(overeenkomst)
|
fastsätta
(v)
(overeenkomst)
|
|
vastleggen
(v)
(overeenkomst)
|
bestämma
(v)
(overeenkomst)
|
|
vastleggen
(v)
(Geld)
|
låsa
(v)
(Geld)
|
|
vastleggen
(v)
(tijd)
|
bädda in
(v)
(tijd)
|
Vastleggen Voorbeelden2 voorbeelden gevonden
|
vooraf vastleggen
|
bestämma på förhand
|
|
vooraf vastleggen
|
ordna på förhand
|
Vertalen Vastleggen in andere talen
