vastleggen
(v)
(hond)
|
attacher
(v)
(hond)
|
vastgelegd
leggen vast
legt vast
legden vast
legde vast
|
aient attaché
aies attaché
attache
|
vastleggen
(v)
(tijd)
|
fixer
(v)
(tijd)
|
vastgelegd
leggen vast
legt vast
legden vast
legde vast
|
aient fixé
aies fixé
fixe
|
vastleggen
(v)
(algemeen)
|
spécifier
(v)
(algemeen)
|
vastleggen
(v)
(algemeen)
|
préciser
(v)
(algemeen)
|
vastleggen
(v)
(overeenkomst)
|
préciser
(v)
(overeenkomst)
|
vastleggen
(v)
(algemeen)
|
déterminer
(v)
(algemeen)
|
vastleggen
(v)
(overeenkomst)
|
caler
(v)
(overeenkomst)
|
vastgelegd
leggen vast
legt vast
legden vast
legde vast
|
aient calé
aies calé
cale
|
vastleggen
(v)
(overeenkomst)
|
déterminer
(v)
(overeenkomst)
|
vastleggen
(v)
(overeenkomst)
|
spécifier
(v)
(overeenkomst)
|
vastleggen
(v)
(tijd)
|
préciser
(v)
(tijd)
|
vastleggen
(v)
(tijd)
|
déterminer
(v)
(tijd)
|
vastleggen
(v)
(tijd)
|
caler
(v)
(tijd)
|
vastgelegd
leggen vast
legt vast
legden vast
legde vast
|
aient calé
aies calé
cale
|
vastleggen
(v)
(Geld)
|
immobiliser
(v)
(Geld)
|
vastgelegd
leggen vast
legt vast
legden vast
legde vast
|
aient immobilisé
aies immobilisé
immobilise
|
vastleggen
(v)
(algemeen)
|
fixer
(v)
(algemeen)
|
vastgelegd
leggen vast
legt vast
legden vast
legde vast
|
aient fixé
aies fixé
fixe
|
vastleggen
(v)
(tijd)
|
spécifier
(v)
(tijd)
|
vastleggen
(v)
(overeenkomst)
|
fixer
(v)
(overeenkomst)
|
vastgelegd
leggen vast
legt vast
legden vast
legde vast
|
aient fixé
aies fixé
fixe
|
vastleggen
(v)
(algemeen)
|
caler
(v)
(algemeen)
|
vastgelegd
leggen vast
legt vast
legden vast
legde vast
|
aient calé
aies calé
cale
|