Opgewekt — Nederlandse Sloveens vertaling70 vertalingen gevonden

opgewekt (a) (verblijd) strålande (a) (verblijd)
opgewekt (a) (algemeen) nöjd (a) (algemeen)
opgewekt (a) (uitbundig) pigg (a) (uitbundig)
opgewekt (a) (gevoelstoestand) förtjust (a) (gevoelstoestand)
opgewekt (a) (uitbundig) frisk och kry (a) (uitbundig)
opgewekt (a) (algemeen) belåten (a) (algemeen)
opgewekt (a) (gevoelstoestand) lycklig (a) (gevoelstoestand)
opgewekt (a) (uitbundig) översvallande (n) (a) (uitbundig)
opgewekt (a) (verblijd) livlig (a) (verblijd)
opgewekt (a) (gevoelstoestand) gladlynt (a) (gevoelstoestand)
opgewekt (a) (persoon) levnadsglad (a) (persoon)
opgewekt (a) (gevoelstoestand) glad (a) (gevoelstoestand)
opgewekt (a) (persoon) munter (a) (persoon)
opgewekt (a) (uitbundig) levande (a) (uitbundig)
opgewekt (a) (persoon) levande (a) (persoon)
opgewekt (a) (persoon) sprudlande (a) (persoon)
opgewekt (a) (gevoelstoestand) glatt (a) (gevoelstoestand)
opgewekt (a) (verblijd) upprymd (a) (verblijd)
opgewekt (a) (persoon) strålande (a) (persoon)
opgewekt (a) (gevoelstoestand) nöjd (a) (gevoelstoestand)
opgewekt (a) (gevoelstoestand) upprymd (a) (gevoelstoestand)
opgewekt (a) (verblijd) pigg (a) (verblijd)
opgewekt (a) (algemeen) tillfreds (a) (algemeen)
opgewekt (a) (verblijd) levnadsglad (a) (verblijd)
opgewekt (a) (verblijd) käck (a) (verblijd)
opgewekt (a) (verblijd) lycklig (a) (verblijd)
opgewekt (a) (persoon) översvallande (n) (a) (persoon)
opgewekt (a) (uitbundig) livlig (a) (uitbundig)
opgewekt (a) (gevoelstoestand) belåten (a) (gevoelstoestand)
opgewekt (a) (persoon) livlig (a) (persoon)
opgewekt (a) (uitbundig) uppsluppen (a) (uitbundig)
opgewekt (a) (persoon) pigg (a) (persoon)
opgewekt (a) (algemeen) munter (a) (algemeen)
opgewekt (a) (uitbundig) livfull (a) (uitbundig)
opgewekt (a) (verblijd) levande (a) (verblijd)
opgewekt (a) (verblijd) sprudlande (a) (verblijd)
opgewekt (a) (algemeen) glatt (a) (algemeen)
opgewekt (a) (uitbundig) upprymd (a) (uitbundig)
opgewekt (a) (gevoelstoestand) glättig (a) (gevoelstoestand)
opgewekt (a) (algemeen) godlynt (a) (algemeen)
opgewekt (a) (persoon) upprymd (a) (persoon)
opgewekt (a) (verblijd) munter (a) (verblijd)
opgewekt (a) (gevoelstoestand) tillfreds (a) (gevoelstoestand)
opgewekt (a) (uitbundig) levnadsglad (a) (uitbundig)
opgewekt (a) (uitbundig) käck (a) (uitbundig)
opgewekt (a) (algemeen) glättig (a) (algemeen)
opgewekt (a) (uitbundig) sprudlande (a) (uitbundig)
opgewekt (a) (uitbundig) strålande (a) (uitbundig)
opgewekt (a) (persoon) uppsluppen (a) (persoon)
opgewekt (a) (verblijd) livfull (a) (verblijd)
opgewekt (a) (uitbundig) munter (a) (uitbundig)
opgewekt (a) (algemeen) förtjust (a) (algemeen)
opgewekt (a) (gevoelstoestand) levande (a) (gevoelstoestand)
opgewekt (a) (verblijd) glad (a) (verblijd)
opgewekt (a) (algemeen) lycklig (a) (algemeen)
opgewekt (a) (verblijd) översvallande (n) (a) (verblijd)
opgewekt (a) (verblijd) glättig (a) (verblijd)
opgewekt (a) (verblijd) gladlynt (a) (verblijd)
opgewekt (a) (gevoelstoestand) munter (a) (gevoelstoestand)
opgewekt (a) (algemeen) glad (a) (algemeen)
opgewekt (a) (persoon) frisk och kry (a) (persoon)
opgewekt (a) (persoon) käck (a) (persoon)
opgewekt (a) (algemeen) på gott humör (a) (algemeen)
opgewekt (a) (persoon) livfull (a) (persoon)
opgewekt (a) (algemeen) gladlynt (a) (algemeen)
opgewekt (o) (gedrag) upprymt (o) (gedrag)
opgewekt (o) (gedrag) muntert (o) (gedrag)
opgewekt (o) (gedrag) glatt (o) (gedrag)
opgewekt (o) (gedrag) glad (o) (gedrag)
opgewekt (o) (gedrag) munter (o) (gedrag)
Opgewekt Voorbeelden2 voorbeelden gevonden
opgewekt zijn vara upprymd
opgewekt zijn vara på strålande humör
Vertalen Opgewekt in andere talen
Vertalen opgewekt in Engels
Vertalen opgewekt in Duits
Vertalen opgewekt in Frans
Vertalen opgewekt in Italiaans
Vertalen opgewekt in Spaans
Vertalen opgewekt in Portugees
Vertalen opgewekt in Pools
Vertalen opgewekt in Tsjechisch