bijleggen
(v)
(goedmaken)
|
riparare a
(v)
(goedmaken)
|
bijleggen
(v)
(verzoenen)
|
conciliare
(v)
(verzoenen)
|
bijgelegd
leggen bij
legt bij
legde bij
legden bij
|
conciliando
concili
conciliano
conciliavano
conciliavi
|
bijleggen
(v)
(verzoenen)
|
riunire
(v)
(verzoenen)
|
bijgelegd
leggen bij
legt bij
legde bij
legden bij
|
riunendo
riunisci
riuniscono
riunivano
riunivi
|
bijleggen
(v)
(ruzie)
|
porre fine a
(v)
(ruzie)
|
bijleggen
(v)
(ruzie)
|
regolare
(v)
(ruzie)
|
bijgelegd
leggen bij
legt bij
legde bij
legden bij
|
regolando
regolano
regoli
regolavano
regolavi
|
bijleggen
(v)
(verschil)
|
mettere
(v)
(verschil)
|
bijgelegd
leggen bij
legt bij
legde bij
legden bij
|
mettendo
metti
mettono
mettevano
mettevi
|
bijleggen
(v)
(ruzie)
|
sistemare
(v)
(ruzie)
|
bijgelegd
leggen bij
legt bij
legde bij
legden bij
|
sistemando
sistemano
sistemi
sistemavano
sistemavi
|
bijleggen
(v)
(verschil)
|
pagare
(v)
(verschil)
|
bijgelegd
leggen bij
legt bij
legde bij
legden bij
|
pagando
pagano
paghi
pagavano
pagavi
|
bijleggen
(v)
(verzoenen)
|
riconciliare
(v)
(verzoenen)
|
bijgelegd
leggen bij
legt bij
legde bij
legden bij
|
riconciliando
riconcili
riconciliano
riconciliavano
riconciliavi
|
bijleggen
(v)
(goedmaken)
|
porre rimedio a
(v)
(goedmaken)
|
bijleggen
(v)
(ruzie)
|
risolvere
(v)
(ruzie)
|
bijgelegd
leggen bij
legt bij
legde bij
legden bij
|
risolvendo
risolvi
risolvono
risolvevano
risolvevi
|
bijleggen
(v)
(nautisch)
|
navigare alla cappa
(v)
(nautisch)
|
bijleggen
(v)
(verzoenen)
|
rappacificare
(v)
(verzoenen)
|
bijgelegd
leggen bij
legt bij
legde bij
legden bij
|
rappacificando
rappacificano
rappacifichi
rappacificavano
rappacificavi
|
bijleggen
(v)
(ruzie)
|
chiarire
(v)
(ruzie)
|
bijgelegd
leggen bij
legt bij
legde bij
legden bij
|
chiarendo
chiarisci
chiariscono
chiarivano
chiarivi
|