bijleggen (v) (goedmaken) | atone for (v) (goedmaken) |
bijleggen (v) (verzoenen) | conciliate (v) (verzoenen) |
bijleggen (v) (nautisch) | lie to (v) (nautisch) |
bijleggen (v) (goedmaken) | reconcile (v) (goedmaken) |
bijleggen (v) (verschil) | make up (v) (verschil) |
bijleggen (v) (verzoenen) | patch up (v) (verzoenen) |
bijleggen (v) (verschil) | pay (v) (verschil) |
bijleggen (v) (verzoenen) | reconcile (v) (verzoenen) |
bijleggen (v) (ruzie) | sort out (v) (ruzie) |