Uitkleden — Nederlandse Frans vertaling3 vertalingen gevonden

uitkleden (v) (persoon) se dévêtir (v) (persoon)
uitkleden (v) (persoon) déshabiller (v) (persoon)
uitkleden (v) (persoon) se déshabiller (v) (persoon)
Uitkleden Voorbeelden5 voorbeelden gevonden
iemand uitkleden dévêtir quelqu'un
iemand uitkleden déshabiller quelqu'un
zich uitkleden se dévêtir
zich uitkleden se déshabiller
zich uitkleden déshabiller
Vertalen Uitkleden in andere talen
Vertalen uitkleden in Engels
Vertalen uitkleden in Duits
Vertalen uitkleden in Italiaans
Vertalen uitkleden in Spaans
Vertalen uitkleden in Portugees
Vertalen uitkleden in Sloveens
Vertalen uitkleden in Pools
Vertalen uitkleden in Tsjechisch