Huis — Nederlandse Frans vertaling6 vertalingen gevonden

huis (n) (n) (gebouw) maison (f) (n) (gebouw)
huis (n) (n) (Koninklijke Familie) maison (f) (n) (Koninklijke Familie)
huis (n) (n) (gebouw) pavillon (m) (n) (gebouw)
huis (n) (n) (Koninklijke Familie) chambre (f) (n) (Koninklijke Familie)
huis (n) (n) (politiek - Groot-Brittannië) chambre (f) (n) (politiek - Groot-Brittannië)
huis (n) (n) (politiek - Groot-Brittannië) maison (f) (n) (politiek - Groot-Brittannië)
Huis Voorbeelden21 Bijvoorbeeld gevonden
naar huis gestuurd renvoyer
naar huis gestuurd sorti de l'hôpital
naar huis gestuurd renvoyé
naar huis sturen licencier
naar huis sturen renvoyer
naar huis sturen sorti de l'hôpital
naar huis sturen renvoyé
naar huis sturen renvoyer temporairement
naar huis sturen mettre au chômage technique
Huis van Afgevaardigden Chambre des représentants
Witte Huis Maison-Blanche
aan huis gebonden bloqué à la maison
geprefabriceerd huis maison préfabriquée
halfvrijstaand huis maison jumelée
huis in de stad maison en ville
huis in de stad résidence urbaine
huis vol maison pleine
huis- domiciliaire
huis-aan-huis porte à porte
naar huis à la maison
naar huis vers sa demeure
Vertalen Huis in andere talen
— Vertalen huis in Engels
— Vertalen huis in Duits
— Vertalen huis in Italiaans
— Vertalen huis in Spaans
— Vertalen huis in Portugees
— Vertalen huis in Sloveens
— Vertalen huis in Pools
— Vertalen huis in Tsjechisch
Meertalige online vertaler Kies een woordenboek: Engels Frans Duits Italiaans Spaans Portugees Nederlandse Sloveens Pools Tsjechisch 2024 langdb.com | Page load 0.0423 s. Gebruiksvoorwaarden Privacybeleid Contacten