vroeger (a) (tijd) | antes (a) (tijd) |
vroeger (a) (algemeen) | de antaño (a) (algemeen) |
vroeger (a) (tijd) | en esa época (a) (tijd) |
vroeger (a) (tijd) | previo (a) (tijd) |
vroeger (a) (algemeen) | precedente (m) (a) (algemeen) |
vroeger (a) (tijd) | de antaño (a) (tijd) |
vroeger (a) (algemeen) | en ese entonces (a) (algemeen) |
vroeger (a) (tijd) | anterior (a) (tijd) |
vroeger (a) (tijd) | en ese entonces (a) (tijd) |
vroeger (a) (algemeen) | previo (a) (algemeen) |
vroeger (a) (tijd) | antes de (a) (tijd) |
vroeger (a) (algemeen) | en esa época (a) (algemeen) |
vroeger (a) (algemeen) | anterior (a) (algemeen) |
vroeger (a) (tijd) | pasado (m) (a) (tijd) |
vroeger (a) (algemeen) | antes de (a) (algemeen) |
vroeger (a) (algemeen) | antes (a) (algemeen) |
vroeger (a) (tijd) | precedente (m) (a) (tijd) |
vroeger (a) (algemeen) | pasado (m) (a) (algemeen) |
vroeger (o) (tijd) | antes (o) (tijd) |
vroeger (o) (verleden) | antaño (o) (verleden) |
vroeger (o) (verleden) | anterior (o) (verleden) |
vroeger (o) (tijd) | antes de (o) (tijd) |
vroeger (o) (tijd) | en otro tiempo (o) (tijd) |
vroeger (o) (tijd) | precedente (m) (o) (tijd) |
vroeger (o) (tijd) | en el pasado (o) (tijd) |
vroeger (o) (verleden) | antes (o) (verleden) |
vroeger (o) (verleden) | en el pasado (o) (verleden) |
vroeger (o) (tijd) | pasado (m) (o) (tijd) |
vroeger (o) (tijd) | anterior (o) (tijd) |
vroeger (o) (verleden) | antes de (o) (verleden) |
vroeger (o) (verleden) | en otro tiempo (o) (verleden) |
vroeger (o) (tijd) | en esa época (o) (tijd) |
vroeger (o) (tijd) | previo (o) (tijd) |
vroeger (o) (tijd) | anteriormente (o) (tijd) |
vroeger (o) (tijd) | de antaño (o) (tijd) |
vroeger (o) (verleden) | en ese entonces (o) (verleden) |
vroeger (o) (verleden) | pasado (m) (o) (verleden) |
vroeger (o) (tijd) | antiguamente (o) (tijd) |
vroeger (o) (tijd) | en ese entonces (o) (tijd) |
vroeger (o) (verleden) | en esa época (o) (verleden) |
vroeger (o) (verleden) | previo (o) (verleden) |
vroeger (o) (verleden) | de antaño (o) (verleden) |
vroeger (o) (tijd) | antaño (o) (tijd) |
vroeger (o) (verleden) | antiguamente (o) (verleden) |
vroeger (o) (verleden) | hace tiempo (o) (verleden) |
vroeger (o) (verleden) | precedente (m) (o) (verleden) |
van vroeger | de antaño |
van vroeger | antiguo |
vroeger dan | menos |
vroeger dan | para |
vroeger dan | hasta que |
vroeger dan | hasta |
vroeger dan | antes que |
vroeger dan | hace |
vroeger dan | antes de |