vanzelfsprekend (a) (axiomatisch) | aforístico (a) (axiomatisch) |
vanzelfsprekend (a) (logisch) | lógico (a) (logisch) |
vanzelfsprekend (a) (logisch) | aforístico (a) (logisch) |
vanzelfsprekend (a) (logisch) | evidente (a) (logisch) |
vanzelfsprekend (a) (logisch) | axiomático (a) (logisch) |
vanzelfsprekend (a) (logisch) | obvio (a) (logisch) |
vanzelfsprekend (a) (axiomatisch) | evidente (a) (axiomatisch) |
vanzelfsprekend (a) (axiomatisch) | obvio (a) (axiomatisch) |
vanzelfsprekend (a) (axiomatisch) | lógico (a) (axiomatisch) |
vanzelfsprekend (a) (axiomatisch) | axiomático (a) (axiomatisch) |
vanzelfsprekend (o) (overtuiging) | con mucho gusto (o) (overtuiging) |
vanzelfsprekend (o) (overtuiging) | decididamente (o) (overtuiging) |
vanzelfsprekend (o) (overtuiging) | ciertamente (o) (overtuiging) |
vanzelfsprekend (o) (overtuiging) | en efecto (o) (overtuiging) |
vanzelfsprekend (o) (overtuiging) | sin duda (o) (overtuiging) |
vanzelfsprekend (o) (overtuiging) | satisfecho (o) (overtuiging) |
vanzelfsprekend (o) (overtuiging) | indudablemente (o) (overtuiging) |
vanzelfsprekend (o) (overtuiging) | de verdad (o) (overtuiging) |
vanzelfsprekend (o) (overtuiging) | naturalmente (o) (overtuiging) |
vanzelfsprekend (o) (overtuiging) | cierto (o) (overtuiging) |
vanzelfsprekend (o) (overtuiging) | absolutamente (o) (overtuiging) |
vanzelfsprekend (o) (overtuiging) | por supuesto (o) (overtuiging) |
vanzelfsprekend (o) (overtuiging) | muy bien (o) (overtuiging) |
vanzelfsprekend (o) (overtuiging) | desde luego (o) (overtuiging) |
vanzelfsprekend (o) (overtuiging) | convencido (o) (overtuiging) |
vanzelfsprekend (o) (overtuiging) | sin duda alguna (o) (overtuiging) |
vanzelfsprekend (o) (overtuiging) | efectivamente (o) (overtuiging) |
vanzelfsprekend (o) (overtuiging) | seguro (m) (o) (overtuiging) |
vanzelfsprekend zijn | ser obvio |
vanzelfsprekend zijn | ser evidente |
vanzelfsprekend zijn | caer de su peso |