verpesten (v) (verknoeien) | screw up (v) (verknoeien) |
verpesten (v) (verknoeien) | mess up (v) (verknoeien) |
verpesten (v) (verknoeien) | bungle (v) (verknoeien) |
verpesten (v) (verknoeien) | ruin (v) (verknoeien) |
verpesten (v) (genoegen) | mar (v) (genoegen) |
verpesten (v) (verknoeien) | goof (v) (verknoeien) |
verpesten (v) (genoegen) | spoil (v) (genoegen) |
verpesten (v) (verknoeien) | spoil (v) (verknoeien) |
verpesten (v) (verknoeien) | foul up (v) (verknoeien) |
verpesten (v) (verknoeien) | botch (v) (verknoeien) |