schijnen (v) (zon) | irradiar (v) (zon) |
schijnen (v) (glanzen) | luzir (v) (glanzen) |
schijnen (v) (lijken) | ser parecido (v) (lijken) |
schijnen (v) (zon) | assemelhar-se (v) (zon) |
schijnen (v) (zon) | brilhar (v) (zon) |
schijnen (v) (Licht) | estar radiante (v) (Licht) |
schijnen (v) (lijken) | estar brilhante (v) (lijken) |
schijnen (v) (lijken) | assemelhar-se (v) (lijken) |
schijnen (v) (zon) | estar brilhante (v) (zon) |
schijnen (v) (Licht) | assemelhar-se (v) (Licht) |
schijnen (v) (lijken) | brilhar (v) (lijken) |
schijnen (v) (zon) | estar radiante (v) (zon) |
schijnen (v) (zon) | ser parecido (v) (zon) |
schijnen (v) (zon) | parecer (v) (zon) |
schijnen (v) (lijken) | parecer (v) (lijken) |
schijnen (v) (Licht) | estar brilhante (v) (Licht) |
schijnen (v) (Licht) | irradiar (v) (Licht) |
schijnen (v) (glanzen) | brilhar (v) (glanzen) |
schijnen (v) (lijken) | estar radiante (v) (lijken) |
schijnen (v) (Licht) | ser parecido (v) (Licht) |
schijnen (v) (Licht) | parecer (v) (Licht) |
schijnen (v) (Licht) | brilhar (v) (Licht) |
schijnen (v) (lijken) | irradiar (v) (lijken) |
schijnen met een zaklamp | iluminar com lanterna |