vaststellen
(v)
(algemeen)
|
stabilire
(v)
(algemeen)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
stabilendo
stabilisci
stabiliscono
stabilivano
stabilivi
|
vaststellen
(v)
(oorzaak)
|
constatare
(v)
(oorzaak)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
constatando
constatano
constati
constatavano
constatavi
|
vaststellen
(v)
(algemeen)
|
scoprire
(v)
(algemeen)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
scoprendo
scopri
scoprono
scoprivano
scoprivi
|
vaststellen
(v)
(zin)
|
identificare
(v)
(zin)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
identificando
identificano
identifichi
identificavano
identificavi
|
vaststellen
(v)
(zin)
|
fissare
(v)
(zin)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
fissando
fissano
fissi
fissavano
fissavi
|
vaststellen
(v)
(belastingen)
|
valutare
(v)
(belastingen)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
valutando
valutano
valuti
valutavano
valutavi
|
vaststellen
(v)
(belastingen)
|
stimare
(v)
(belastingen)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
stimando
stimano
stimi
stimavano
stimavi
|
vaststellen
(v)
(positie)
|
scoprire
(v)
(positie)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
scoprendo
scopri
scoprono
scoprivano
scoprivi
|
vaststellen
(v)
(tijd)
|
dichiarare
(v)
(tijd)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
dichiarando
dichiarano
dichiari
dichiaravano
dichiaravi
|
vaststellen
(v)
(waarheid)
|
localizzare
(v)
(waarheid)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
localizzando
localizzano
localizzi
localizzavano
localizzavi
|
vaststellen
(v)
(probleem)
|
constatare
(v)
(probleem)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
constatando
constatano
constati
constatavano
constatavi
|
vaststellen
(v)
(tijd)
|
indicare
(v)
(tijd)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
indicando
indicano
indichi
indicavano
indicavi
|
vaststellen
(v)
(waarheid)
|
trovare
(v)
(waarheid)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
trovando
trovano
trovi
trovavano
trovavi
|
vaststellen
(v)
(tijd)
|
fissare
(v)
(tijd)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
fissando
fissano
fissi
fissavano
fissavi
|
vaststellen
(v)
(positie)
|
stabilire
(v)
(positie)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
stabilendo
stabilisci
stabiliscono
stabilivano
stabilivi
|
vaststellen
(v)
(waarheid)
|
determinare
(v)
(waarheid)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
determinando
determinano
determini
determinavano
determinavi
|
vaststellen
(v)
(tijd)
|
specificare
(v)
(tijd)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
specificando
specificano
specifichi
specificavano
specificavi
|
vaststellen
(v)
(zin)
|
constatare
(v)
(zin)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
constatando
constatano
constati
constatavano
constatavi
|
vaststellen
(v)
(probleem)
|
localizzare
(v)
(probleem)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
localizzando
localizzano
localizzi
localizzavano
localizzavi
|
vaststellen
(v)
(waarheid)
|
identificare
(v)
(waarheid)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
identificando
identificano
identifichi
identificavano
identificavi
|
vaststellen
(v)
(waarheid)
|
fissare
(v)
(waarheid)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
fissando
fissano
fissi
fissavano
fissavi
|
vaststellen
(v)
(probleem)
|
trovare
(v)
(probleem)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
trovando
trovano
trovi
trovavano
trovavi
|
vaststellen
(v)
(tijd)
|
stabilire
(v)
(tijd)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
stabilendo
stabilisci
stabiliscono
stabilivano
stabilivi
|
vaststellen
(v)
(probleem)
|
determinare
(v)
(probleem)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
determinando
determinano
determini
determinavano
determinavi
|
vaststellen
(v)
(oorzaak)
|
scoprire
(v)
(oorzaak)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
scoprendo
scopri
scoprono
scoprivano
scoprivi
|
vaststellen
(v)
(positie)
|
constatare
(v)
(positie)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
constatando
constatano
constati
constatavano
constatavi
|
vaststellen
(v)
(probleem)
|
identificare
(v)
(probleem)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
identificando
identificano
identifichi
identificavano
identificavi
|
vaststellen
(v)
(zin)
|
stabilire
(v)
(zin)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
stabilendo
stabilisci
stabiliscono
stabilivano
stabilivi
|
vaststellen
(v)
(probleem)
|
fissare
(v)
(probleem)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
fissando
fissano
fissi
fissavano
fissavi
|
vaststellen
(v)
(algemeen)
|
trovare
(v)
(algemeen)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
trovando
trovano
trovi
trovavano
trovavi
|
vaststellen
(v)
(algemeen)
|
localizzare
(v)
(algemeen)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
localizzando
localizzano
localizzi
localizzavano
localizzavi
|
vaststellen
(v)
(probleem)
|
scoprire
(v)
(probleem)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
scoprendo
scopri
scoprono
scoprivano
scoprivi
|
vaststellen
(v)
(algemeen)
|
determinare
(v)
(algemeen)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
determinando
determinano
determini
determinavano
determinavi
|
vaststellen
(v)
(positie)
|
localizzare
(v)
(positie)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
localizzando
localizzano
localizzi
localizzavano
localizzavi
|
vaststellen
(v)
(oorzaak)
|
fissare
(v)
(oorzaak)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
fissando
fissano
fissi
fissavano
fissavi
|
vaststellen
(v)
(algemeen)
|
identificare
(v)
(algemeen)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
identificando
identificano
identifichi
identificavano
identificavi
|
vaststellen
(v)
(positie)
|
trovare
(v)
(positie)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
trovando
trovano
trovi
trovavano
trovavi
|
vaststellen
(v)
(probleem)
|
stabilire
(v)
(probleem)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
stabilendo
stabilisci
stabiliscono
stabilivano
stabilivi
|
vaststellen
(v)
(positie)
|
determinare
(v)
(positie)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
determinando
determinano
determini
determinavano
determinavi
|
vaststellen
(v)
(zin)
|
scoprire
(v)
(zin)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
scoprendo
scopri
scoprono
scoprivano
scoprivi
|
vaststellen
(v)
(waarheid)
|
constatare
(v)
(waarheid)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
constatando
constatano
constati
constatavano
constatavi
|
vaststellen
(v)
(oorzaak)
|
stabilire
(v)
(oorzaak)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
stabilendo
stabilisci
stabiliscono
stabilivano
stabilivi
|
vaststellen
(v)
(positie)
|
identificare
(v)
(positie)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
identificando
identificano
identifichi
identificavano
identificavi
|
vaststellen
(v)
(positie)
|
fissare
(v)
(positie)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
fissando
fissano
fissi
fissavano
fissavi
|
vaststellen
(v)
(oorzaak)
|
trovare
(v)
(oorzaak)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
trovando
trovano
trovi
trovavano
trovavi
|
vaststellen
(v)
(oorzaak)
|
localizzare
(v)
(oorzaak)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
localizzando
localizzano
localizzi
localizzavano
localizzavi
|
vaststellen
(v)
(waarheid)
|
scoprire
(v)
(waarheid)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
scoprendo
scopri
scoprono
scoprivano
scoprivi
|
vaststellen
(v)
(oorzaak)
|
determinare
(v)
(oorzaak)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
determinando
determinano
determini
determinavano
determinavi
|
vaststellen
(v)
(zin)
|
localizzare
(v)
(zin)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
localizzando
localizzano
localizzi
localizzavano
localizzavi
|
vaststellen
(v)
(algemeen)
|
fissare
(v)
(algemeen)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
fissando
fissano
fissi
fissavano
fissavi
|
vaststellen
(v)
(oorzaak)
|
identificare
(v)
(oorzaak)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
identificando
identificano
identifichi
identificavano
identificavi
|
vaststellen
(v)
(zin)
|
trovare
(v)
(zin)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
trovando
trovano
trovi
trovavano
trovavi
|
vaststellen
(v)
(algemeen)
|
constatare
(v)
(algemeen)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
constatando
constatano
constati
constatavano
constatavi
|
vaststellen
(v)
(waarheid)
|
stabilire
(v)
(waarheid)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
stabilendo
stabilisci
stabiliscono
stabilivano
stabilivi
|
vaststellen
(v)
(zin)
|
determinare
(v)
(zin)
|
vastgesteld
stellen vast
stelt vast
stelde vast
stelden vast
|
determinando
determinano
determini
determinavano
determinavi
|