kamperen (n) (n) (algemeen) | campeggio (m) (n) (algemeen) |
kamperen (n) (n) (algemeen) | camping (m) (n) (algemeen) |
kamperen (n) (v) (zijn tenten opslaan) | accamparsi (v) (zijn tenten opslaan) |
kamperen (n) (v) (zijn tenten opslaan) | bivaccare (v) (zijn tenten opslaan) |
kamperen (n) (v) (zijn tenten opslaan) | campeggiare (v) (zijn tenten opslaan) |