en
es
pt
nl
de
fr
it
sv
pl
cs
lang
db
Kamperen
— Nederlandse Duits vertaling
3 vertalingen gevonden
kamperen
(n)
(n)
(algemeen)
Camping
(n)
(n)
(algemeen)
kamperen
(n)
(v)
(zijn tenten opslaan)
zelten
(v)
(zijn tenten opslaan)
gekampeerd
kampeert
kamperen
kampeerde
kampeerden
gezeltet
zeltest
zelten
zelteten
zeltetest
zelte
kamperen
(n)
(v)
(zijn tenten opslaan)
kampieren
(v)
(zijn tenten opslaan)
gekampeerd
kampeert
kamperen
kampeerde
kampeerden
kampiert
kampierst
kampieren
kampierten
kampiertest
kampiere
Vertalen
Kamperen
in andere talen
—
Vertalen kamperen in Engels
—
Vertalen kamperen in Frans
—
Vertalen kamperen in Italiaans
—
Vertalen kamperen in Spaans
—
Vertalen kamperen in Portugees
—
Vertalen kamperen in Sloveens
—
Vertalen kamperen in Pools
—
Vertalen kamperen in Tsjechisch