raken
(v)
(afstand)
|
toucher
(m)
(v)
(afstand)
|
geraakt
raken
raakt
raakte
raakten
|
aient touché
aies touché
touche
|
raken
(v)
(gevoelens)
|
toucher
(m)
(v)
(gevoelens)
|
geraakt
raken
raakt
raakte
raakten
|
aient touché
aies touché
touche
|
raken
(v)
(gevoelens)
|
émouvoir
(v)
(gevoelens)
|
raken
(v)
(gevoelens)
|
bouleverser
(v)
(gevoelens)
|
geraakt
raken
raakt
raakte
raakten
|
aient bouleversé
aies bouleversé
bouleverse
|
raken
(v)
(geweer)
|
toucher
(m)
(v)
(geweer)
|
geraakt
raken
raakt
raakte
raakten
|
aient touché
aies touché
touche
|
raken
(v)
(voorwerpen)
|
cogner
(v)
(voorwerpen)
|
geraakt
raken
raakt
raakte
raakten
|
aient cogné
aies cogné
cogne
|
raken
(v)
(gevoelens)
|
ébranler
(v)
(gevoelens)
|
raken
(v)
(geweer)
|
tirer
(v)
(geweer)
|
geraakt
raken
raakt
raakte
raakten
|
aient tiré
aies tiré
tire
|
raken
(v)
(voorwerpen)
|
heurter
(v)
(voorwerpen)
|
geraakt
raken
raakt
raakte
raakten
|
aient heurté
aies heurté
heurte
|
raken
(v)
(gevoelens)
|
offenser
(v)
(gevoelens)
|
geraakt
raken
raakt
raakte
raakten
|
aient offensé
aies offensé
offense
|
raken
(v)
(gevoelens)
|
exciter la pitié
(v)
(gevoelens)
|
raken
(v)
(gevoelens)
|
choquer
(v)
(gevoelens)
|
geraakt
raken
raakt
raakte
raakten
|
aient choqué
aies choqué
choque
|
raken
(v)
(gevoelens)
|
consterner
(v)
(gevoelens)
|
geraakt
raken
raakt
raakte
raakten
|
aient consterné
aies consterné
consterne
|