Variëren — Nederlandse Spaans vertaling13 vertalingen gevonden

variëren (v) (weer) titubear (v) (weer)
variëren (v) (afwisselen) diversificar (v) (afwisselen)
variëren (v) (algemeen) variar (v) (algemeen)
variëren (v) (algemeen) fluctuar (v) (algemeen)
variëren (v) (algemeen) tambalearse (v) (algemeen)
variëren (v) (afwisselen) variar (v) (afwisselen)
variëren (v) (algemeen) diversificar (v) (algemeen)
variëren (v) (weer) tambalearse (v) (weer)
variëren (v) (algemeen) cambiar (v) (algemeen)
variëren (v) (algemeen) titubear (v) (algemeen)
variëren (v) (weer) cambiar (v) (weer)
variëren (v) (weer) variar (v) (weer)
variëren (v) (weer) fluctuar (v) (weer)
Vertalen Variëren in andere talen
Vertalen variëren in Engels
Vertalen variëren in Duits
Vertalen variëren in Frans
Vertalen variëren in Italiaans
Vertalen variëren in Portugees
Vertalen variëren in Sloveens
Vertalen variëren in Pools
Vertalen variëren in Tsjechisch