Afnemen — Nederlandse Spaans vertaling170 vertalingen gevonden

afnemen (a) (wiskunde) restar (a) (wiskunde)
afnemen (a) (wiskunde) deducir (a) (wiskunde)
afnemen (v) (voorwerpen) coger (v) (voorwerpen)
afnemen (v) (teruglopen) amainar (v) (teruglopen)
afnemen (v) (interesseren) disminuir (v) (interesseren)
afnemen (v) (voorwerpen) despojar de (v) (voorwerpen)
afnemen (v) (slinken) mermar (v) (slinken)
afnemen (v) (slinken) reducirse (v) (slinken)
afnemen (v) (verminderen) reducir (v) (verminderen)
afnemen (v) (kleding) ir a menos (v) (kleding)
afnemen (v) (slinken) cortar (v) (slinken)
afnemen (v) (voorwerpen) quitarse (v) (voorwerpen)
afnemen (v) (teruglopen) reducirse (v) (teruglopen)
afnemen (v) (teruglopen) menguar (v) (teruglopen)
afnemen (v) (teruglopen) mermar (v) (teruglopen)
afnemen (v) (slinken) reducir (v) (slinken)
afnemen (v) (voorwerpen) cortar (v) (voorwerpen)
afnemen (v) (kleding) decrecer (v) (kleding)
afnemen (v) (verminderen) bajar (v) (verminderen)
afnemen (v) (grootte) menguar (v) (grootte)
afnemen (v) (hoeveelheid) descolgar (v) (hoeveelheid)
afnemen (v) (grootte) reducir (v) (grootte)
afnemen (v) (voorwerpen) menguar (v) (voorwerpen)
afnemen (v) (verminderen) coger (v) (verminderen)
afnemen (v) (voorwerpen) bajar (v) (voorwerpen)
afnemen (v) (slinken) disminuir (v) (slinken)
afnemen (v) (teruglopen) despojar de (v) (teruglopen)
afnemen (v) (voorwerpen) quitar (v) (voorwerpen)
afnemen (v) (geluid) sacarse (v) (geluid)
afnemen (v) (wind) amainar (v) (wind)
afnemen (v) (grootte) disminuir (v) (grootte)
afnemen (v) (hoeveelheid) despojar de (v) (hoeveelheid)
afnemen (v) (verminderen) quitar (v) (verminderen)
afnemen (v) (spelen - kaarten) menguar (v) (spelen - kaarten)
afnemen (v) (voorwerpen) sacarse (v) (voorwerpen)
afnemen (v) (slinken) quitarse (v) (slinken)
afnemen (v) (teruglopen) ir a menos (v) (teruglopen)
afnemen (v) (verminderen) cortar (v) (verminderen)
afnemen (v) (slinken) quitar (v) (slinken)
afnemen (v) (slinken) decrecer (v) (slinken)
afnemen (v) (teruglopen) calmarse (v) (teruglopen)
afnemen (v) (voorwerpen) mermar (v) (voorwerpen)
afnemen (v) (verminderen) descolgar (v) (verminderen)
afnemen (v) (voorwerpen) reducirse (v) (voorwerpen)
afnemen (v) (voorwerpen) decrecer (v) (voorwerpen)
afnemen (v) (teruglopen) coger (v) (teruglopen)
afnemen (v) (slinken) ir a menos (v) (slinken)
afnemen (v) (geluid) descolgar (v) (geluid)
afnemen (v) (teruglopen) quitarse (v) (teruglopen)
afnemen (v) (geluid) menguar (v) (geluid)
afnemen (v) (hoeveelheid) coger (v) (hoeveelheid)
afnemen (v) (interesseren) bajar (v) (interesseren)
afnemen (v) (hoeveelheid) disminuir (v) (hoeveelheid)
afnemen (v) (kleding) despojar de (v) (kleding)
afnemen (v) (interesseren) quitar (v) (interesseren)
afnemen (v) (hoed) sacarse (v) (hoed)
afnemen (v) (kleding) reducir (v) (kleding)
afnemen (v) (voorwerpen) ir a menos (v) (voorwerpen)
afnemen (v) (teruglopen) cortar (v) (teruglopen)
afnemen (v) (hoeveelheid) quitarse (v) (hoeveelheid)
afnemen (v) (verminderen) reducirse (v) (verminderen)
afnemen (v) (interesseren) menguar (v) (interesseren)
afnemen (v) (slinken) sacarse (v) (slinken)
afnemen (v) (teruglopen) reducir (v) (teruglopen)
afnemen (v) (spelen - kaarten) cortar (v) (spelen - kaarten)
afnemen (v) (hoeveelheid) cortar (v) (hoeveelheid)
afnemen (v) (verminderen) decrecer (v) (verminderen)
afnemen (v) (slinken) bajar (v) (slinken)
afnemen (v) (spelen - kaarten) mermar (v) (spelen - kaarten)
afnemen (v) (voorwerpen) descolgar (v) (voorwerpen)
afnemen (v) (interesseren) reducirse (v) (interesseren)
afnemen (v) (hoeveelheid) menguar (v) (hoeveelheid)
afnemen (v) (interesseren) cortar (v) (interesseren)
afnemen (v) (hoeveelheid) bajar (v) (hoeveelheid)
afnemen (v) (verminderen) disminuir (v) (verminderen)
afnemen (v) (verminderen) despojar de (v) (verminderen)
afnemen (v) (hoeveelheid) quitar (v) (hoeveelheid)
afnemen (v) (spelen - kaarten) sacarse (v) (spelen - kaarten)
afnemen (v) (hoed) bajar (v) (hoed)
afnemen (v) (geluid) disminuir (v) (geluid)
afnemen (v) (geluid) despojar de (v) (geluid)
afnemen (v) (hoed) quitar (v) (hoed)
afnemen (v) (spelen - kaarten) reducir (v) (spelen - kaarten)
afnemen (v) (spelen - kaarten) ir a menos (v) (spelen - kaarten)
afnemen (v) (hoed) decrecer (v) (hoed)
afnemen (v) (interesseren) quitarse (v) (interesseren)
afnemen (v) (wind) calmarse (v) (wind)
afnemen (v) (hoeveelheid) mermar (v) (hoeveelheid)
afnemen (v) (kleding) descolgar (v) (kleding)
afnemen (v) (hoeveelheid) reducirse (v) (hoeveelheid)
afnemen (v) (spelen - kaarten) decrecer (v) (spelen - kaarten)
afnemen (v) (hoeveelheid) decrecer (v) (hoeveelheid)
afnemen (v) (spelen - kaarten) coger (v) (spelen - kaarten)
afnemen (v) (interesseren) mermar (v) (interesseren)
afnemen (v) (spelen - kaarten) descolgar (v) (spelen - kaarten)
afnemen (v) (hoed) reducirse (v) (hoed)
afnemen (v) (verminderen) menguar (v) (verminderen)
afnemen (v) (geluid) coger (v) (geluid)
afnemen (v) (spelen - kaarten) bajar (v) (spelen - kaarten)
afnemen (v) (voorwerpen) disminuir (v) (voorwerpen)
afnemen (v) (hoop) desvanecerse (v) (hoop)
afnemen (v) (spelen - kaarten) quitar (v) (spelen - kaarten)
afnemen (v) (kleding) sacarse (v) (kleding)
afnemen (v) (voorwerpen) reducir (v) (voorwerpen)
afnemen (v) (hoeveelheid) ir a menos (v) (hoeveelheid)
afnemen (v) (aantal) descender (v) (aantal)
afnemen (v) (geluid) quitarse (v) (geluid)
afnemen (v) (kleding) quitarse (v) (kleding)
afnemen (v) (hoed) menguar (v) (hoed)
afnemen (v) (teruglopen) sacarse (v) (teruglopen)
afnemen (v) (interesseren) reducir (v) (interesseren)
afnemen (v) (interesseren) ir a menos (v) (interesseren)
afnemen (v) (geluid) cortar (v) (geluid)
afnemen (v) (aantal) bajar (v) (aantal)
afnemen (v) (geluid) mermar (v) (geluid)
afnemen (v) (slinken) descolgar (v) (slinken)
afnemen (v) (spelen - kaarten) reducirse (v) (spelen - kaarten)
afnemen (v) (hoed) disminuir (v) (hoed)
afnemen (v) (hoed) cortar (v) (hoed)
afnemen (v) (geluid) bajar (v) (geluid)
afnemen (v) (kleding) disminuir (v) (kleding)
afnemen (v) (interesseren) despojar de (v) (interesseren)
afnemen (v) (geluid) quitar (v) (geluid)
afnemen (v) (interesseren) sacarse (v) (interesseren)
afnemen (v) (teruglopen) bajar (v) (teruglopen)
afnemen (v) (spelen - kaarten) disminuir (v) (spelen - kaarten)
afnemen (v) (spelen - kaarten) despojar de (v) (spelen - kaarten)
afnemen (v) (grootte) mermar (v) (grootte)
afnemen (v) (grootte) reducirse (v) (grootte)
afnemen (v) (geluid) reducir (v) (geluid)
afnemen (v) (geluid) ir a menos (v) (geluid)
afnemen (v) (teruglopen) decrecer (v) (teruglopen)
afnemen (v) (spelen - kaarten) quitarse (v) (spelen - kaarten)
afnemen (v) (wind) bajar (v) (wind)
afnemen (v) (slinken) menguar (v) (slinken)
afnemen (v) (verminderen) mermar (v) (verminderen)
afnemen (v) (geluid) reducirse (v) (geluid)
afnemen (v) (interesseren) decrecer (v) (interesseren)
afnemen (v) (geluid) decrecer (v) (geluid)
afnemen (v) (interesseren) coger (v) (interesseren)
afnemen (v) (hoed) mermar (v) (hoed)
afnemen (v) (interesseren) descolgar (v) (interesseren)
afnemen (v) (minder intens worden) reducir la presión (v) (minder intens worden)
afnemen (v) (kleding) menguar (v) (kleding)
afnemen (v) (kleding) coger (v) (kleding)
afnemen (v) (kleding) bajar (v) (kleding)
afnemen (v) (wind) disminuir (v) (wind)
afnemen (v) (slinken) despojar de (v) (slinken)
afnemen (v) (kleding) quitar (v) (kleding)
afnemen (v) (hoeveelheid) sacarse (v) (hoeveelheid)
afnemen (v) (hoeveelheid) reducir (v) (hoeveelheid)
afnemen (v) (minder intens worden) disminuir la tensión (v) (minder intens worden)
afnemen (v) (hoed) descolgar (v) (hoed)
afnemen (v) (teruglopen) quitar (v) (teruglopen)
afnemen (v) (wind) ir a menos (v) (wind)
afnemen (v) (verminderen) sacarse (v) (verminderen)
afnemen (v) (hoed) reducir (v) (hoed)
afnemen (v) (hoed) ir a menos (v) (hoed)
afnemen (v) (kleding) cortar (v) (kleding)
afnemen (v) (hoed) quitarse (v) (hoed)
afnemen (v) (wind) decrecer (v) (wind)
afnemen (v) (hoed) coger (v) (hoed)
afnemen (v) (kleding) mermar (v) (kleding)
afnemen (v) (teruglopen) descolgar (v) (teruglopen)
afnemen (v) (kleding) reducirse (v) (kleding)
afnemen (v) (teruglopen) disminuir (v) (teruglopen)
afnemen (v) (slinken) coger (v) (slinken)
afnemen (v) (verminderen) ir a menos (v) (verminderen)
afnemen (v) (hoed) despojar de (v) (hoed)
afnemen (v) (verminderen) quitarse (v) (verminderen)
Afnemen Voorbeelden1 Bijvoorbeeld gevonden
ademtest afnemen someter a la prueba del alcoholímetro
Vertalen Afnemen in andere talen
Vertalen afnemen in Engels
Vertalen afnemen in Duits
Vertalen afnemen in Frans
Vertalen afnemen in Italiaans
Vertalen afnemen in Portugees
Vertalen afnemen in Sloveens
Vertalen afnemen in Pools
Vertalen afnemen in Tsjechisch