onderscheiden
(a)
(verschillend)
|
verschieden
(a)
(verschillend)
|
|
onderscheiden
(a)
(algemeen)
|
unterschiedlich
(a)
(algemeen)
|
|
onderscheiden
(a)
(verschillend)
|
verschiedenartig
(a)
(verschillend)
|
|
onderscheiden
(a)
(algemeen)
|
separat
(a)
(algemeen)
|
|
onderscheiden
(v)
(onderscheid)
|
auseinander halten
(v)
(onderscheid)
|
onderscheiden
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
wahrnehmen
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
|
onderscheiden
(v)
(militair)
|
auszeichnen
(v)
(militair)
|
|
onderscheiden
(v)
(verschil)
|
unterscheiden
(v)
(verschil)
|
|
onderscheiden
(v)
(onderscheid)
|
unterscheiden
(v)
(onderscheid)
|
|
onderscheiden
(v)
(militair)
|
dekorieren
(v)
(militair)
|
|
onderscheiden
(v)
(verschil)
|
differenzieren
(v)
(verschil)
|
|
onderscheiden
(v)
(verschil)
|
anzeigen
(v)
(verschil)
|
|
onderscheiden
(v)
(onderscheid)
|
differenzieren
(v)
(onderscheid)
|
|
onderscheiden
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
gewahren
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
|
onderscheiden
(v)
(verschil)
|
markieren
(v)
(verschil)
|
|
onderscheiden
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
erkennen
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
|
onderscheiden
(v)
(vergelijking)
|
unterscheiden
(v)
(vergelijking)
|
|
onderscheiden
(v)
|
unterscheiden
(v)
|
|
onderscheiden
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
bemerken
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
Onderscheiden Voorbeelden3 voorbeelden gevonden
|
niet te onderscheiden
|
nicht zu unterscheiden
|
|
niet te onderscheiden
|
nicht wahrnehmbar
|
|
niet te onderscheiden
|
unmerklich
|
Vertalen Onderscheiden in andere talen
