Aankondigen — vertaling Nederlandse Duits. Vertalen Aankondigen in Duits

aankondigen (v) (adverteren)	anzeigen (v) (adverteren)
aangekondigd kondigen aan kondigt aan kondigden aan kondigde aan	angezeigt zeigen an zeigst an zeigten an zeigtest an zeig(e) an
aankondigen (v) (algemeen)	ankündigen (v) (algemeen)
aankondigen (v) (adverteren)	veröffentlichen (v) (adverteren)
aankondigen (v) (radio - televisie)	bekannt geben (v) (radio - televisie)
aankondigen (v) (adverteren)	ankündigen (v) (adverteren)
aankondigen (v) (toekomst)	vorausahnen lassen (v) (toekomst)
aankondigen (v)	ankündigen (v)
aankondigen (v) (waarschuwing)	ankündigen (v) (waarschuwing)
aankondigen (v) (adverteren)	bekannt machen (v) (adverteren)
aankondigen (v) (radio - televisie)	ansagen (v) (radio - televisie)
aangekondigd kondigen aan kondigt aan kondigden aan kondigde aan	angesagt sagen an sagst an sagtest an sagten an sag(e) an
aankondigen (v) (algemeen)	vorankünden (v) (algemeen)
aankondigen (v) (adverteren)	annoncieren (v) (adverteren)
aangekondigd kondigen aan kondigt aan kondigden aan kondigde aan	annonciert annoncierst annoncieren annonciertest annoncierten annonciere
aankondigen (v) (begin)	ankündigen (v) (begin)
aankondigen (v) (Periode)	einführen (v) (Periode)
aankondigen (v) (waarschuwing)	vorhersagen (v) (waarschuwing)
aangekondigd kondigen aan kondigt aan kondigden aan kondigde aan	vorhergesagt sagen vorher sagst vorher sagten vorher sagtest vorher sag(e) vorher

Vertalen Aankondigen in andere talen

Aankondigen — Nederlandse Duits vertaling15 vertalingen gevonden