tegenovergesteld (a) (volgorde) | baklänges (a) (volgorde) |
tegenovergesteld (a) (verschillend) | motsatt (a) (verschillend) |
tegenovergesteld (a) (richting) | motsatt (a) (richting) |
tegenovergesteld (a) (contrast) | motsatt (a) (contrast) |
tegenovergesteld (a) (volgorde) | motsatt (a) (volgorde) |
tegenovergesteld (a) (volgorde) | omvänd (a) (volgorde) |
tegenovergesteld (a) (volgorde) | bakvänd (a) (volgorde) |
tegenovergesteld (a) (verschillend) | omvänd (a) (verschillend) |
tegenovergesteld (a) (verschillend) | bakvänd (a) (verschillend) |