opmerken
(v)
(observeren)
|
notera
(v)
(observeren)
|
opgemerkt
merken op
merkt op
merkten op
merkte op
|
noterad
noterar
noterar
noterade
noterade
|
opmerken
(v)
(kritiek)
|
påpeka
(v)
(kritiek)
|
opmerken
(v)
(observeren)
|
uppmärksamma
(v)
(observeren)
|
opmerken
(v)
(observeren)
|
skönja
(v)
(observeren)
|
opmerken
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
urskilja
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
opgemerkt
merken op
merkt op
merkten op
merkte op
|
urskild
skiljer ur
skiljer ur
skilde ur
skilde ur
|
opmerken
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
uppmärksamma
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
opmerken
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
upptäcka
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
opmerken
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
anmärka
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
opmerken
(v)
(bemerken)
|
beakta
(v)
(bemerken)
|
opgemerkt
merken op
merkt op
merkten op
merkte op
|
beaktad
beaktar
beaktar
beaktade
beaktade
|
opmerken
(v)
(kritiek)
|
märka
(v)
(kritiek)
|
opmerken
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
skönja
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
opmerken
(v)
(kritiek)
|
framhålla
(v)
(kritiek)
|
opmerken
(v)
(melding maken van)
|
observera
(v)
(melding maken van)
|
opgemerkt
merken op
merkt op
merkten op
merkte op
|
observerad
observerar
observerar
observerade
observerade
|
opmerken
(v)
(kritiek)
|
iaktta
(v)
(kritiek)
|
opgemerkt
merken op
merkt op
merkten op
merkte op
|
iakttagen
iakttar
iakttar
iakttog
iakttog
|
opmerken
(v)
(melding maken van)
|
anmärka
(v)
(melding maken van)
|
opmerken
(v)
(bemerken)
|
lägga märke till
(v)
(bemerken)
|
opmerken
(v)
(melding maken van)
|
uppmärksamma
(v)
(melding maken van)
|
opmerken
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
påpeka
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
opmerken
(v)
(melding maken van)
|
framhålla
(v)
(melding maken van)
|
opmerken
(v)
(melding maken van)
|
skönja
(v)
(melding maken van)
|
opmerken
(v)
(observeren)
|
observera
(v)
(observeren)
|
opgemerkt
merken op
merkt op
merkten op
merkte op
|
observerad
observerar
observerar
observerade
observerade
|
opmerken
(v)
(kritiek)
|
upptäcka
(v)
(kritiek)
|
opmerken
(v)
(bemerken)
|
iaktta
(v)
(bemerken)
|
opgemerkt
merken op
merkt op
merkten op
merkte op
|
iakttagen
iakttar
iakttar
iakttog
iakttog
|
opmerken
(v)
(observeren)
|
varsebli
(v)
(observeren)
|
opmerken
(v)
(melding maken van)
|
påpeka
(v)
(melding maken van)
|
opmerken
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
märka
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
opmerken
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
observera
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
opgemerkt
merken op
merkt op
merkten op
merkte op
|
observerad
observerar
observerar
observerade
observerade
|
opmerken
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
framhålla
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
opmerken
(v)
(kritiek)
|
urskilja
(v)
(kritiek)
|
opgemerkt
merken op
merkt op
merkten op
merkte op
|
urskild
skiljer ur
skiljer ur
skilde ur
skilde ur
|
opmerken
(v)
(bemerken)
|
märka
(v)
(bemerken)
|
opmerken
(v)
(observeren)
|
anmärka
(v)
(observeren)
|
opmerken
(v)
(observeren)
|
upptäcka
(v)
(observeren)
|
opmerken
(v)
(kritiek)
|
uppmärksamma
(v)
(kritiek)
|
opmerken
(v)
(observeren)
|
beakta
(v)
(observeren)
|
opgemerkt
merken op
merkt op
merkten op
merkte op
|
beaktad
beaktar
beaktar
beaktade
beaktade
|
opmerken
(v)
(bemerken)
|
notera
(v)
(bemerken)
|
opgemerkt
merken op
merkt op
merkten op
merkte op
|
noterad
noterar
noterar
noterade
noterade
|
opmerken
(v)
(kritiek)
|
skönja
(v)
(kritiek)
|
opmerken
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
varsebli
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
opmerken
(v)
(bemerken)
|
observera
(v)
(bemerken)
|
opgemerkt
merken op
merkt op
merkten op
merkte op
|
observerad
observerar
observerar
observerade
observerade
|
opmerken
(v)
(melding maken van)
|
iaktta
(v)
(melding maken van)
|
opgemerkt
merken op
merkt op
merkten op
merkte op
|
iakttagen
iakttar
iakttar
iakttog
iakttog
|
opmerken
(v)
(kritiek)
|
varsebli
(v)
(kritiek)
|
opmerken
(v)
(observeren)
|
påpeka
(v)
(observeren)
|
opmerken
(v)
(observeren)
|
framhålla
(v)
(observeren)
|
opmerken
(v)
(observeren)
|
lägga märke till
(v)
(observeren)
|
opmerken
(v)
(bemerken)
|
uppmärksamma
(v)
(bemerken)
|
opmerken
(v)
(melding maken van)
|
urskilja
(v)
(melding maken van)
|
opgemerkt
merken op
merkt op
merkten op
merkte op
|
urskild
skiljer ur
skiljer ur
skilde ur
skilde ur
|
opmerken
(v)
(observeren)
|
märka
(v)
(observeren)
|
opmerken
(v)
(observeren)
|
iaktta
(v)
(observeren)
|
opgemerkt
merken op
merkt op
merkten op
merkte op
|
iakttagen
iakttar
iakttar
iakttog
iakttog
|
opmerken
(v)
(melding maken van)
|
upptäcka
(v)
(melding maken van)
|
opmerken
(v)
(kritiek)
|
anmärka
(v)
(kritiek)
|
opmerken
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
beakta
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
opgemerkt
merken op
merkt op
merkten op
merkte op
|
beaktad
beaktar
beaktar
beaktade
beaktade
|
opmerken
(v)
(melding maken van)
|
märka
(v)
(melding maken van)
|
opmerken
(v)
(observeren)
|
urskilja
(v)
(observeren)
|
opgemerkt
merken op
merkt op
merkten op
merkte op
|
urskild
skiljer ur
skiljer ur
skilde ur
skilde ur
|
opmerken
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
notera
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
opgemerkt
merken op
merkt op
merkten op
merkte op
|
noterad
noterar
noterar
noterade
noterade
|
opmerken
(v)
(kritiek)
|
observera
(v)
(kritiek)
|
opgemerkt
merken op
merkt op
merkten op
merkte op
|
observerad
observerar
observerar
observerade
observerade
|
opmerken
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
iaktta
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
opgemerkt
merken op
merkt op
merkten op
merkte op
|
iakttagen
iakttar
iakttar
iakttog
iakttog
|
opmerken
(v)
(melding maken van)
|
varsebli
(v)
(melding maken van)
|
opmerken
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|
lägga märke till
(v)
(zintuiglijke waarneming)
|