omslachtig (a) (toespraak) | långrandig (a) (toespraak) |
omslachtig (a) (toespraak) | långtråkig (a) (toespraak) |
omslachtig (a) (woorden) | långtråkig (a) (woorden) |
omslachtig (a) (toespraak) | omständlig (a) (toespraak) |
omslachtig (a) (woorden) | indirekt (a) (woorden) |
omslachtig (a) (toespraak) | kringgående (n) (a) (toespraak) |
omslachtig (a) (woorden) | kringgående (n) (a) (woorden) |
omslachtig (a) (toespraak) | indirekt (a) (toespraak) |
omslachtig (a) (woorden) | långrandig (a) (woorden) |
omslachtig (a) (toespraak) | på omvägar (a) (toespraak) |
omslachtig (a) (toespraak) | mångordig (a) (toespraak) |
omslachtig (a) (woorden) | på omvägar (a) (woorden) |