Angstig — Nederlandse Sloveens vertaling71 vertaling

angstig (a) (persoon) orolig (a) (persoon)
angstig (a) (bang) feg (a) (bang)
angstig (a) (persoon) nervös (a) (persoon)
angstig (a) (vrees) bekymrad (a) (vrees)
angstig (a) (persoon) ängslig (a) (persoon)
angstig (a) (vrees) harhjärtad (a) (vrees)
angstig (a) (vrees) rädd (a) (vrees)
angstig (a) (bang) lättskrämd (a) (bang)
angstig (a) (gevoelens) blyg (a) (gevoelens)
angstig (a) (persoon) räddhågad (a) (persoon)
angstig (a) (vrees) blyg (a) (vrees)
angstig (a) (bang) bekymrad (a) (bang)
angstig (a) (vrees) ängslig (a) (vrees)
angstig (a) (geestestoestand) nervöst (a) (geestestoestand)
angstig (a) (persoon) nervöst (a) (persoon)
angstig (a) (geestestoestand) feg (a) (geestestoestand)
angstig (a) (geestestoestand) rädd (a) (geestestoestand)
angstig (a) (bang) orolig (a) (bang)
angstig (a) (vrees) försagd (a) (vrees)
angstig (a) (gevoelens) nervös (a) (gevoelens)
angstig (a) (bang) räddhågad (a) (bang)
angstig (a) (persoon) bekymrad (a) (persoon)
angstig (a) (bang) ängslig (a) (bang)
angstig (a) (geestestoestand) harhjärtad (a) (geestestoestand)
angstig (a) (bang) nervöst (a) (bang)
angstig (a) (persoon) feg (a) (persoon)
angstig (a) (persoon) rädd (a) (persoon)
angstig (a) (gevoelens) lättskrämd (a) (gevoelens)
angstig (a) (persoon) försagd (a) (persoon)
angstig (a) (vrees) nervös (a) (vrees)
angstig (a) (bang) ängsligt (a) (bang)
angstig (a) (vrees) lättskrämd (a) (vrees)
angstig (a) (gevoelens) ängsligt (a) (gevoelens)
angstig (a) (bang) harhjärtad (a) (bang)
angstig (a) (vrees) ängsligt (a) (vrees)
angstig (a) (persoon) blyg (a) (persoon)
angstig (a) (gevoelens) orolig (a) (gevoelens)
angstig (a) (geestestoestand) försagd (a) (geestestoestand)
angstig (a) (geestestoestand) nervös (a) (geestestoestand)
angstig (a) (geestestoestand) räddhågad (a) (geestestoestand)
angstig (a) (gevoelens) bekymrad (a) (gevoelens)
angstig (a) (gevoelens) ängslig (a) (gevoelens)
angstig (a) (gevoelens) harhjärtad (a) (gevoelens)
angstig (a) (gevoelens) feg (a) (gevoelens)
angstig (a) (vrees) orolig (a) (vrees)
angstig (a) (vrees) nervöst (a) (vrees)
angstig (a) (persoon) lättskrämd (a) (persoon)
angstig (a) (gevoelens) försagd (a) (gevoelens)
angstig (a) (bang) nervös (a) (bang)
angstig (a) (geestestoestand) ängslig (a) (geestestoestand)
angstig (a) (geestestoestand) lättskrämd (a) (geestestoestand)
angstig (a) (persoon) ängsligt (a) (persoon)
angstig (a) (persoon) harhjärtad (a) (persoon)
angstig (a) (geestestoestand) ängsligt (a) (geestestoestand)
angstig (a) (bang) blyg (a) (bang)
angstig (a) (geestestoestand) orolig (a) (geestestoestand)
angstig (a) (geestestoestand) blyg (a) (geestestoestand)
angstig (a) (gevoelens) räddhågad (a) (gevoelens)
angstig (a) (bang) försagd (a) (bang)
angstig (a) (geestestoestand) bekymrad (a) (geestestoestand)
angstig (a) (bang) rädd (a) (bang)
angstig (a) (gevoelens) nervöst (a) (gevoelens)
angstig (a) (vrees) feg (a) (vrees)
angstig (a) (vrees) räddhågad (a) (vrees)
angstig (a) (gevoelens) rädd (a) (gevoelens)
angstig (o) (vrees) räddhågad (o) (vrees)
angstig (o) (vrees) nervöst (o) (vrees)
angstig (o) (vrees) ängslig (o) (vrees)
angstig (o) (vrees) lättskrämd (o) (vrees)
angstig (o) (vrees) rädd (o) (vrees)
angstig (o) (vrees) ängsligt (o) (vrees)
Angstig Voorbeelden2 voorbeelden gevonden
angstig maken förskräcka
angstig maken skrämma
Vertalen Angstig in andere talen
Vertalen angstig in Engels
Vertalen angstig in Duits
Vertalen angstig in Frans
Vertalen angstig in Italiaans
Vertalen angstig in Spaans
Vertalen angstig in Portugees
Vertalen angstig in Pools
Vertalen angstig in Tsjechisch