afmaken
(v)
(taak)
|
fullgöra
(v)
(taak)
|
afmaken
(v)
(dieren)
|
slakta
(v)
(dieren)
|
afgemaakt
maakt af
maken af
maakte af
maakten af
|
slaktad
slaktar
slaktar
slaktade
slaktade
|
afmaken
(v)
(Werk)
|
avsluta
(v)
(Werk)
|
afgemaakt
maakt af
maken af
maakte af
maakten af
|
avsluten
avsluter
avsluter
avslöt
avslöt
|
afmaken
(v)
(Werk)
|
utföra
(v)
(Werk)
|
afmaken
(v)
(afronden)
|
fullborda
(v)
(afronden)
|
afgemaakt
maakt af
maken af
maakte af
maakten af
|
fullbordad
fullbordar
fullbordar
fullbordade
fullbordade
|
afmaken
(v)
(afronden)
|
uppfylla
(v)
(afronden)
|
afgemaakt
maakt af
maken af
maakte af
maakten af
|
uppfylld
fyller upp
fyller upp
fyllde upp
fyllde upp
|
afmaken
(v)
(dieren)
|
dräpa
(v)
(dieren)
|
afmaken
(v)
(dieren)
|
slå ihjäl
(v)
(dieren)
|
afmaken
(v)
(Werk)
|
avrunda
(v)
(Werk)
|
afgemaakt
maakt af
maken af
maakte af
maakten af
|
avrundad
rundar av
rundar av
rundade av
rundade av
|
afmaken
(v)
(taak)
|
slutföra
(v)
(taak)
|
afmaken
(v)
(dieren)
|
avliva
(v)
(dieren)
|
afgemaakt
maakt af
maken af
maakte af
maakten af
|
avlivad
avlivar
avlivar
avlivade
avlivade
|
afmaken
(v)
(misdaad)
|
massakrera
(v)
(misdaad)
|
afgemaakt
maakt af
maken af
maakte af
maakten af
|
massakrerad
massakrerar
massakrerar
massakrerade
massakrerade
|
afmaken
(v)
(afronden)
|
avsluta
(v)
(afronden)
|
afgemaakt
maakt af
maken af
maakte af
maakten af
|
avsluten
avsluter
avsluter
avslöt
avslöt
|
afmaken
(v)
(afronden)
|
utföra
(v)
(afronden)
|
afmaken
(v)
(taak)
|
fullborda
(v)
(taak)
|
afgemaakt
maakt af
maken af
maakte af
maakten af
|
fullbordad
fullbordar
fullbordar
fullbordade
fullbordade
|
afmaken
(v)
(taak)
|
uppfylla
(v)
(taak)
|
afgemaakt
maakt af
maken af
maakte af
maakten af
|
uppfylld
fyller upp
fyller upp
fyllde upp
fyllde upp
|
afmaken
(v)
(Werk)
|
uppfylla
(v)
(Werk)
|
afgemaakt
maakt af
maken af
maakte af
maakten af
|
uppfylld
fyller upp
fyller upp
fyllde upp
fyllde upp
|
afmaken
(v)
(misdaad)
|
dräpa
(v)
(misdaad)
|
afmaken
(v)
(taak)
|
avsluta
(v)
(taak)
|
afgemaakt
maakt af
maken af
maakte af
maakten af
|
avsluten
avsluter
avsluter
avslöt
avslöt
|
afmaken
(v)
(Werk)
|
verkställa
(v)
(Werk)
|
afmaken
(v)
(Werk)
|
fullgöra
(v)
(Werk)
|
afmaken
(v)
(dieren)
|
massakrera
(v)
(dieren)
|
afgemaakt
maakt af
maken af
maakte af
maakten af
|
massakrerad
massakrerar
massakrerar
massakrerade
massakrerade
|
afmaken
(v)
(afronden)
|
slutföra
(v)
(afronden)
|
afmaken
(v)
(afronden)
|
avrunda
(v)
(afronden)
|
afgemaakt
maakt af
maken af
maakte af
maakten af
|
avrundad
rundar av
rundar av
rundade av
rundade av
|
afmaken
(v)
(Werk)
|
fullborda
(v)
(Werk)
|
afgemaakt
maakt af
maken af
maakte af
maakten af
|
fullbordad
fullbordar
fullbordar
fullbordade
fullbordade
|
afmaken
(v)
(misdaad)
|
döda
(v)
(misdaad)
|
afmaken
(v)
(afronden)
|
fullgöra
(v)
(afronden)
|
afmaken
(v)
(misdaad)
|
slå ihjäl
(v)
(misdaad)
|
afmaken
(v)
(taak)
|
utföra
(v)
(taak)
|
afmaken
(v)
(afronden)
|
verkställa
(v)
(afronden)
|
afmaken
(v)
(dieren)
|
utrota
(v)
(dieren)
|
afgemaakt
maakt af
maken af
maakte af
maakten af
|
utrotad
rotar ut
rotar ut
rotade ut
rotade ut
|
afmaken
(v)
(dieren)
|
döda
(v)
(dieren)
|
afmaken
(v)
(misdaad)
|
slakta
(v)
(misdaad)
|
afgemaakt
maakt af
maken af
maakte af
maakten af
|
slaktad
slaktar
slaktar
slaktade
slaktade
|
afmaken
(v)
(Werk)
|
slutföra
(v)
(Werk)
|
afmaken
(v)
(taak)
|
avrunda
(v)
(taak)
|
afgemaakt
maakt af
maken af
maakte af
maakten af
|
avrundad
rundar av
rundar av
rundade av
rundade av
|
afmaken
(v)
(taak)
|
verkställa
(v)
(taak)
|