Aangrenzend — Nederlandse Sloveens vertaling21 vertaling

aangrenzend (a) (aanpalend) närgränsande (a) (aanpalend)
aangrenzend (a) (gebied) bredvid (a) (gebied)
aangrenzend (a) (gebied) närliggande (a) (gebied)
aangrenzend (a) (gebouw) närgränsande (a) (gebouw)
aangrenzend (a) (aanpalend) vidstående (a) (aanpalend)
aangrenzend (a) (gebouw) angränsande (a) (gebouw)
aangrenzend (a) (gebouw) tillhörande (a) (gebouw)
aangrenzend (a) (aanpalend) närliggande (a) (aanpalend)
aangrenzend (a) (gebouw) närliggande (a) (gebouw)
aangrenzend (a) (aardrijkskunde) angränsande (a) (aardrijkskunde)
aangrenzend (a) (gebied) angränsande (a) (gebied)
aangrenzend (a) (aanpalend) tillhörande (a) (aanpalend)
aangrenzend (a) (gebied) tillhörande (a) (gebied)
aangrenzend (a) (aanpalend) bredvid (a) (aanpalend)
aangrenzend (a) (gebied) vidstående (a) (gebied)
aangrenzend (a) (aanpalend) angränsande (a) (aanpalend)
aangrenzend (a) (gebied) närgränsande (a) (gebied)
aangrenzend (a) (gebouw) vidstående (a) (gebouw)
aangrenzend (a) (gebouw) bredvid (a) (gebouw)
aangrenzend (o) (algemeen) intill (o) (algemeen)
aangrenzend (o) (algemeen) bredvid (o) (algemeen)
Vertalen Aangrenzend in andere talen
Vertalen aangrenzend in Engels
Vertalen aangrenzend in Duits
Vertalen aangrenzend in Frans
Vertalen aangrenzend in Italiaans
Vertalen aangrenzend in Spaans
Vertalen aangrenzend in Portugees
Vertalen aangrenzend in Pools
Vertalen aangrenzend in Tsjechisch