opbeuren
(v)
(troosten)
|
consolar
(v)
(troosten)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
consolado
consolam
consolas
consolavam
consolavas
|
opbeuren
(v)
(hoop)
|
animar
(v)
(hoop)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
animado
animam
animas
animavam
animavas
|
opbeuren
(v)
(gevoelens)
|
dar alegria a
(v)
(gevoelens)
|
opbeuren
(v)
(gevoelens)
|
levantar o espírito
(v)
(gevoelens)
|
opbeuren
(v)
(persoon)
|
reconfortar
(v)
(persoon)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
reconfortado
reconfortam
reconfortas
reconfortavam
reconfortavas
|
opbeuren
(v)
(bemoedigen)
|
estimular
(v)
(bemoedigen)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
estimulado
estimulam
estimulas
estimulavam
estimulavas
|
opbeuren
(v)
(hoop)
|
encorajar
(v)
(hoop)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
encorajado
encorajam
encorajas
encorajavam
encorajavas
|
opbeuren
(v)
(persoon)
|
levantar o espírito de
(v)
(persoon)
|
opbeuren
(v)
(opwekken)
|
encorajar
(v)
(opwekken)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
encorajado
encorajam
encorajas
encorajavam
encorajavas
|
opbeuren
(v)
(troosten)
|
confortar
(v)
(troosten)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
confortado
confortam
confortas
confortavam
confortavas
|
opbeuren
(v)
(persoon)
|
confortar
(v)
(persoon)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
confortado
confortam
confortas
confortavam
confortavas
|
opbeuren
(v)
(opwekken)
|
animar
(v)
(opwekken)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
animado
animam
animas
animavam
animavas
|
opbeuren
(v)
(troosten)
|
alegrar
(v)
(troosten)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
opbeuren
(v)
(troosten)
|
levantar o espírito
(v)
(troosten)
|
opbeuren
(v)
(gevoelens)
|
reconfortar
(v)
(gevoelens)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
reconfortado
reconfortam
reconfortas
reconfortavam
reconfortavas
|
opbeuren
(v)
(persoon)
|
dar alegria a
(v)
(persoon)
|
opbeuren
(v)
(troosten)
|
animar
(v)
(troosten)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
animado
animam
animas
animavam
animavas
|
opbeuren
(v)
(opwekken)
|
levantar o espírito de
(v)
(opwekken)
|
opbeuren
(v)
(opwekken)
|
incentivar
(v)
(opwekken)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
incentivado
incentivam
incentivas
incentivavam
incentivavas
|
opbeuren
(v)
(persoon)
|
levantar o espírito
(v)
(persoon)
|
opbeuren
(v)
(gevoelens)
|
consolar
(v)
(gevoelens)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
consolado
consolam
consolas
consolavam
consolavas
|
opbeuren
(v)
(bemoedigen)
|
animar
(v)
(bemoedigen)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
animado
animam
animas
animavam
animavas
|
opbeuren
(v)
(persoon)
|
alegrar
(v)
(persoon)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
opbeuren
(v)
(gevoelens)
|
levantar o espírito de
(v)
(gevoelens)
|
opbeuren
(v)
(gevoelens)
|
animar
(v)
(gevoelens)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
animado
animam
animas
animavam
animavas
|
opbeuren
(v)
(troosten)
|
reconfortar
(v)
(troosten)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
reconfortado
reconfortam
reconfortas
reconfortavam
reconfortavas
|
opbeuren
(v)
(troosten)
|
dar alegria a
(v)
(troosten)
|
opbeuren
(v)
(persoon)
|
animar
(v)
(persoon)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
animado
animam
animas
animavam
animavas
|
opbeuren
(v)
(gevoelens)
|
alegrar
(v)
(gevoelens)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
opbeuren
(v)
(opwekken)
|
levantar o espírito
(v)
(opwekken)
|
opbeuren
(v)
(persoon)
|
consolar
(v)
(persoon)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
consolado
consolam
consolas
consolavam
consolavas
|
opbeuren
(v)
(opwekken)
|
estimular
(v)
(opwekken)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
estimulado
estimulam
estimulas
estimulavam
estimulavas
|
opbeuren
(v)
(bemoedigen)
|
encorajar
(v)
(bemoedigen)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
encorajado
encorajam
encorajas
encorajavam
encorajavas
|
opbeuren
(v)
(troosten)
|
levantar o espírito de
(v)
(troosten)
|
opbeuren
(v)
(bemoedigen)
|
incentivar
(v)
(bemoedigen)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
incentivado
incentivam
incentivas
incentivavam
incentivavas
|
opbeuren
(v)
(gevoelens)
|
confortar
(v)
(gevoelens)
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
confortado
confortam
confortas
confortavam
confortavas
|