meegaan (v) (voorwerpen) | durar (v) (voorwerpen) |
meegaan (v) (voorwerpen) | agüentar o uso (v) (voorwerpen) |
meegaan (v) (vergezellen) | acompanhar (v) (vergezellen) |
meegaan (v) (mensen) | acompanhar (v) (mensen) |
meegaan (v) (mensen) | vir junto (v) (mensen) |