Leiden — Nederlandse Portugees vertaling52 vertalingen gevonden

leiden (n) (n) (richting) condução (f) (n) (richting)
leiden (n) (v) (persoon) liderar (v) (persoon)
leiden (n) (v) (muziek) gerenciar (v) (muziek)
leiden (n) (v) (bedrijf) reger (v) (bedrijf)
leiden (n) (v) (bedrijf) administrar (v) (bedrijf)
leiden (n) (v) (muziek) dirigir (v) (muziek)
leiden (n) (v) (persoon) guiar (v) (persoon)
leiden (n) (v) (muziek) liderar (v) (muziek)
leiden (n) (v) (bedrijf) conduzir (v) (bedrijf)
leiden (n) (v) (persoon) reger (v) (persoon)
leiden (n) (v) (begeleiden) administrar (v) (begeleiden)
leiden (n) (v) (persoon) conduzir (v) (persoon)
leiden (n) (v) (begeleiden) gerenciar (v) (begeleiden)
leiden (n) (v) (aanvoeren) guiar (v) (aanvoeren)
leiden (n) (v) (aanvoeren) liderar (v) (aanvoeren)
leiden (n) (v) (begeleiden) dirigir (v) (begeleiden)
leiden (n) (v) (bedrijf) liderar (v) (bedrijf)
leiden (n) (v) (bedrijf) gerenciar (v) (bedrijf)
leiden (n) (v) (bedrijf) dirigir (v) (bedrijf)
leiden (n) (v) (muziek) administrar (v) (muziek)
leiden (n) (v) (positie) conduzir (v) (positie)
leiden (n) (v) (bedrijf) comandar (v) (bedrijf)
leiden (n) (v) (persoon) encabeçar (v) (persoon)
leiden (n) (v) (muziek) conduzir (v) (muziek)
leiden (n) (v) (aanvoeren) reger (v) (aanvoeren)
leiden (n) (v) (persoon) administrar (v) (persoon)
leiden (n) (v) (aanvoeren) conduzir (v) (aanvoeren)
leiden (n) (v) (aanvoeren) gerenciar (v) (aanvoeren)
leiden (n) (v) (begeleiden) guiar (v) (begeleiden)
leiden (n) (v) (aanvoeren) dirigir (v) (aanvoeren)
leiden (n) (v) (positie) liderar (v) (positie)
leiden (n) (v) (begeleiden) encabeçar (v) (begeleiden)
leiden (n) (v) (politiek) governar (v) (politiek)
leiden (n) (v) (bedrijf) controlar (v) (bedrijf)
leiden (n) (v) (politiek) reinar (v) (politiek)
leiden (n) (v) (muziek) encabeçar (v) (muziek)
leiden (n) (v) (bedrijf) guiar (v) (bedrijf)
leiden (n) (v) (politiek) comandar (v) (politiek)
leiden (n) (v) (aanvoeren) administrar (v) (aanvoeren)
leiden (n) (v) (muziek) reger (v) (muziek)
leiden (n) (v) (persoon) gerenciar (v) (persoon)
leiden (n) (v) (persoon) dirigir (v) (persoon)
leiden (n) (v) (muziek) guiar (v) (muziek)
leiden (n) (v) (begeleiden) liderar (v) (begeleiden)
leiden (n) (v) (aanvoeren) encabeçar (v) (aanvoeren)
leiden (n) (v) (begeleiden) reger (v) (begeleiden)
leiden (n) (v) (positie) administrar (v) (positie)
leiden (n) (v) (begeleiden) conduzir (v) (begeleiden)
leiden (n) (v) (positie) gerenciar (v) (positie)
leiden (n) (v) (positie) guiar (v) (positie)
leiden (n) (v) (bedrijf) encabeçar (v) (bedrijf)
leiden (n) (v) (positie) dirigir (v) (positie)
Leiden Voorbeelden18 voorbeelden gevonden
een geregeld leven gaan leiden estabelecer-se
een geregeld leven gaan leiden instalar-se
een planteleven leiden vegetar
leiden tot provocar
leiden tot ocasionar
leiden tot acarretar
leiden tot colaborar
leiden tot concorrer
leiden tot contribuir
nergens toe leiden não dar em nada
nergens toe leiden não levar a nada
om de tuin leiden rodear
om de tuin leiden embuste
om de tuin leiden circundar
om de tuin leiden logro
om de tuin leiden esquivar-se
tot niets leiden não dar em nada
tot niets leiden não levar a nada
Vertalen Leiden in andere talen
Vertalen leiden in Engels
Vertalen leiden in Duits
Vertalen leiden in Frans
Vertalen leiden in Italiaans
Vertalen leiden in Spaans
Vertalen leiden in Sloveens
Vertalen leiden in Pools
Vertalen leiden in Tsjechisch