Controleren — Nederlandse Portugees vertaling39 vertalingen gevonden

controleren (n) (n) (boekhouding) inspeção (f) (n) (boekhouding)
controleren (n) (n) (boekhouding) auditoria (f) (n) (boekhouding)
controleren (n) (v) (invloed) investigar (v) (invloed)
controleren (n) (v) (feit) verificar (v) (feit)
controleren (n) (v) (vergelijking) checar (v) (vergelijking)
controleren (n) (v) (invloed) dirigir (v) (invloed)
controleren (n) (v) (vergelijking) examinar (v) (vergelijking)
controleren (n) (v) (feit) investigar (v) (feit)
controleren (n) (v) (bedrijf) dirigir (v) (bedrijf)
controleren (n) (v) (vergelijking) dirigir (v) (vergelijking)
controleren (n) (v) (feit) checar (v) (feit)
controleren (n) (v) (regel) controlar (v) (regel)
controleren (n) (v) (vergelijking) controlar (v) (vergelijking)
controleren (n) (v) (regel) investigar (v) (regel)
controleren (n) (v) (regel) checar (v) (regel)
controleren (n) (v) (apparaat) checar (v) (apparaat)
controleren (n) (v) (feit) examinar (v) (feit)
controleren (n) (v) (bedrijf) verificar (v) (bedrijf)
controleren (n) (v) (feit) dirigir (v) (feit)
controleren (n) (v) (apparaat) testar (v) (apparaat)
controleren (n) (v) (invloed) checar (v) (invloed)
controleren (n) (v) (invloed) controlar (v) (invloed)
controleren (n) (v) (regel) examinar (v) (regel)
controleren (n) (v) (vergelijking) conferir (v) (vergelijking)
controleren (n) (v) (invloed) verificar (v) (invloed)
controleren (n) (v) (regel) conferir (v) (regel)
controleren (n) (v) (bedrijf) conferir (v) (bedrijf)
controleren (n) (v) (bedrijf) examinar (v) (bedrijf)
controleren (n) (v) (vergelijking) verificar (v) (vergelijking)
controleren (n) (v) (regel) dirigir (v) (regel)
controleren (n) (v) (bedrijf) checar (v) (bedrijf)
controleren (n) (v) (vergelijking) investigar (v) (vergelijking)
controleren (n) (v) (invloed) examinar (v) (invloed)
controleren (n) (v) (bedrijf) investigar (v) (bedrijf)
controleren (n) (v) (regel) verificar (v) (regel)
controleren (n) (v) (invloed) conferir (v) (invloed)
controleren (n) (v) (feit) conferir (v) (feit)
controleren (n) (v) (feit) controlar (v) (feit)
controleren (n) (v) (bedrijf) controlar (v) (bedrijf)
Controleren Voorbeelden6 voorbeelden gevonden
dubbel controleren reexaminar
dubbel controleren reverificar
dubbel controleren checar novamente
extra controleren reexaminar
extra controleren reverificar
extra controleren checar novamente
Vertalen Controleren in andere talen
Vertalen controleren in Engels
Vertalen controleren in Duits
Vertalen controleren in Frans
Vertalen controleren in Italiaans
Vertalen controleren in Spaans
Vertalen controleren in Sloveens
Vertalen controleren in Pools
Vertalen controleren in Tsjechisch