beëindigen (v) (tot een einde brengen) | descontinuar (v) (tot een einde brengen) |
beëindigen (v) (tot een einde brengen) | parar (v) (tot een einde brengen) |
beëindigen (v) (Werk) | acabar (v) (Werk) |
beëindigen (v) (activiteit) | finalizar (v) (activiteit) |
beëindigen (v) (activiteit) | cessar (v) (activiteit) |
beëindigen (v) (Werk) | completar (v) (Werk) |
beëindigen (v) (activiteit) | descontinuar (v) (activiteit) |
beëindigen (v) (activiteit) | deixar de (v) (activiteit) |
beëindigen (v) (tot een einde brengen) | finalizar (v) (tot een einde brengen) |
beëindigen (v) (tot een einde brengen) | acabar (v) (tot een einde brengen) |
beëindigen (v) (activiteit) | terminar (v) (activiteit) |
beëindigen (v) (vergadering) | fechar (v) (vergadering) |
beëindigen (v) (algemeen) | descontinuar (v) (algemeen) |
beëindigen (v) (vergadering) | cessar (v) (vergadering) |
beëindigen (v) (algemeen) | deixar de (v) (algemeen) |
beëindigen (v) (Werk) | finalizar (v) (Werk) |
beëindigen (v) (activiteit) | fechar (v) (activiteit) |
beëindigen (v) (bespreking) | resolver (v) (bespreking) |
beëindigen (v) (Werk) | concluir (v) (Werk) |
beëindigen (v) (vergadering) | acabar (v) (vergadering) |
beëindigen (v) (algemeen) | acabar (v) (algemeen) |
beëindigen (v) (algemeen) | terminar (v) (algemeen) |
beëindigen (v) (algemeen) | concluir (v) (algemeen) |
beëindigen (v) (activiteit) | concluir (v) (activiteit) |
beëindigen (v) (tot een einde brengen) | concluir (v) (tot een einde brengen) |
beëindigen (v) (algemeen) | parar (v) (algemeen) |
beëindigen (v) (Werk) | terminar (v) (Werk) |
beëindigen (v) (vergadering) | concluir (v) (vergadering) |
beëindigen (v) (vergadering) | parar (v) (vergadering) |
beëindigen (v) (vergadering) | descontinuar (v) (vergadering) |
beëindigen (v) (activiteit) | parar (v) (activiteit) |
beëindigen (v) (activiteit) | acabar (v) (activiteit) |
beëindigen (v) (algemeen) | finalizar (v) (algemeen) |
beëindigen (v) (bespreking) | encerrar (v) (bespreking) |
beëindigen (v) (algemeen) | cessar (v) (algemeen) |
beëindigen (v) (tot een einde brengen) | cessar (v) (tot een einde brengen) |
beëindigen (v) (tot een einde brengen) | deixar de (v) (tot een einde brengen) |
beëindigen (v) (vergadering) | terminar (v) (vergadering) |
beëindigen (v) (tot een einde brengen) | terminar (v) (tot een einde brengen) |
beëindigen (v) (tot een einde brengen) | completar (v) (tot een einde brengen) |