aanreiken
(v)
(hand)
|
passar
(v)
(hand)
|
aangereikt
reikt aan
reiken aan
reikten aan
reikte aan
|
passado
passam
passas
passavam
passavas
|
aanreiken
(v)
(algemeen)
|
entregar
(v)
(algemeen)
|
aangereikt
reikt aan
reiken aan
reikten aan
reikte aan
|
entregado
entregam
entregas
entregavam
entregavas
|
aanreiken
(v)
(voorwerpen)
|
alcançar
(v)
(voorwerpen)
|
aanreiken
(v)
(voorwerpen)
|
oferecer
(v)
(voorwerpen)
|
aangereikt
reikt aan
reiken aan
reikten aan
reikte aan
|
oferecido
oferecem
ofereces
ofereciam
oferecias
|
aanreiken
(v)
(hand)
|
estender
(v)
(hand)
|
aangereikt
reikt aan
reiken aan
reikten aan
reikte aan
|
estendido
estendem
estendes
estendiam
estendias
|
aanreiken
(v)
(voorwerp)
|
dar
(v)
(voorwerp)
|
aangereikt
reikt aan
reiken aan
reikten aan
reikte aan
|
dado
dás
dão
davam
davas
|
aanreiken
(v)
(algemeen)
|
alcançar
(v)
(algemeen)
|
aanreiken
(v)
(algemeen)
|
passar
(v)
(algemeen)
|
aangereikt
reikt aan
reiken aan
reikten aan
reikte aan
|
passado
passam
passas
passavam
passavas
|
aanreiken
(v)
(voorwerpen)
|
entregar
(v)
(voorwerpen)
|
aangereikt
reikt aan
reiken aan
reikten aan
reikte aan
|
entregado
entregam
entregas
entregavam
entregavas
|
aanreiken
(v)
(voorwerp)
|
passar
(v)
(voorwerp)
|
aangereikt
reikt aan
reiken aan
reikten aan
reikte aan
|
passado
passam
passas
passavam
passavas
|
aanreiken
(v)
(algemeen)
|
estender
(v)
(algemeen)
|
aangereikt
reikt aan
reiken aan
reikten aan
reikte aan
|
estendido
estendem
estendes
estendiam
estendias
|
aanreiken
(v)
(voorwerpen)
|
dar
(v)
(voorwerpen)
|
aangereikt
reikt aan
reiken aan
reikten aan
reikte aan
|
dado
dás
dão
davam
davas
|
aanreiken
(v)
(hand)
|
alcançar
(v)
(hand)
|
aanreiken
(v)
(hand)
|
oferecer
(v)
(hand)
|
aangereikt
reikt aan
reiken aan
reikten aan
reikte aan
|
oferecido
oferecem
ofereces
ofereciam
oferecias
|
aanreiken
(v)
(algemeen)
|
oferecer
(v)
(algemeen)
|
aangereikt
reikt aan
reiken aan
reikten aan
reikte aan
|
oferecido
oferecem
ofereces
ofereciam
oferecias
|
aanreiken
(v)
(voorwerp)
|
entregar
(v)
(voorwerp)
|
aangereikt
reikt aan
reiken aan
reikten aan
reikte aan
|
entregado
entregam
entregas
entregavam
entregavas
|
aanreiken
(v)
(voorwerpen)
|
estender
(v)
(voorwerpen)
|
aangereikt
reikt aan
reiken aan
reikten aan
reikte aan
|
estendido
estendem
estendes
estendiam
estendias
|
aanreiken
(v)
(voorwerp)
|
estender
(v)
(voorwerp)
|
aangereikt
reikt aan
reiken aan
reikten aan
reikte aan
|
estendido
estendem
estendes
estendiam
estendias
|
aanreiken
(v)
(hand)
|
entregar
(v)
(hand)
|
aangereikt
reikt aan
reiken aan
reikten aan
reikte aan
|
entregado
entregam
entregas
entregavam
entregavas
|
aanreiken
(v)
(voorwerp)
|
alcançar
(v)
(voorwerp)
|
aanreiken
(v)
(voorwerp)
|
oferecer
(v)
(voorwerp)
|
aangereikt
reikt aan
reiken aan
reikten aan
reikte aan
|
oferecido
oferecem
ofereces
ofereciam
oferecias
|
aanreiken
(v)
(voorwerpen)
|
passar
(v)
(voorwerpen)
|
aangereikt
reikt aan
reiken aan
reikten aan
reikte aan
|
passado
passam
passas
passavam
passavas
|
aanreiken
(v)
(hand)
|
dar
(v)
(hand)
|
aangereikt
reikt aan
reiken aan
reikten aan
reikte aan
|
dado
dás
dão
davam
davas
|
aanreiken
(v)
(algemeen)
|
dar
(v)
(algemeen)
|
aangereikt
reikt aan
reiken aan
reikten aan
reikte aan
|
dado
dás
dão
davam
davas
|