verwijzen (v) (mensen) | mandare (v) (mensen) |
verwijzen (v) (sturen) | indirizzare (v) (sturen) |
verwijzen (v) (algemeen) | relegare (v) (algemeen) |
verwijzen (v) (sturen) | mandare (v) (sturen) |
verwijzen (v) (mensen) | rinviare (v) (mensen) |
verwijzen (v) (mensen) | indirizzare (v) (mensen) |
verwijzen (v) (sturen) | rinviare (v) (sturen) |
naar de schroothoop verwijzen | scartare |
naar de schroothoop verwijzen | mettere da parte |
verwijzen naar | rinviare |
verwijzen naar | riferirsi a |
verwijzen naar | mandare |
verwijzen naar | indirizzare |