trekken
(n)
(n)
(voorwerpen)
|
trascinamento
(m)
(n)
(voorwerpen)
|
trekken
(n)
(n)
(sport)
|
turismo a piedi
(m)
(n)
(sport)
|
trekken
(n)
(n)
(bankwezen)
|
trascinamento
(m)
(n)
(bankwezen)
|
trekken
(n)
(n)
(bankwezen)
|
emissione
(f)
(n)
(bankwezen)
|
trekken
(n)
(n)
(voorwerpen)
|
emissione
(f)
(n)
(voorwerpen)
|
trekken
(n)
(n)
(sport)
|
escursionismo
(m)
(n)
(sport)
|
trekken
(n)
(n)
(tandheelkunde)
|
estrazione
(f)
(n)
(tandheelkunde)
|
trekken
(n)
(v)
(tandheelkunde)
|
tirare
(v)
(tandheelkunde)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
tirando
tirano
tiri
tiravano
tiravi
|
trekken
(n)
(v)
(roken)
|
fumare mandando sbuffi di fumo
(v)
(roken)
|
trekken
(n)
(v)
(roken)
|
sfoderare
(v)
(roken)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
sfoderando
sfoderano
sfoderi
sfoderavano
sfoderavi
|
trekken
(n)
(v)
(pistool)
|
estrarre
(v)
(pistool)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
estraendo
estraggono
estrai
estraevano
estraevi
|
trekken
(n)
(v)
(pistool)
|
sfoderare
(v)
(pistool)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
sfoderando
sfoderano
sfoderi
sfoderavano
sfoderavi
|
trekken
(n)
(v)
(tandheelkunde)
|
tirare fuori
(v)
(tandheelkunde)
|
trekken
(n)
(v)
(voorwerpen)
|
trainare
(v)
(voorwerpen)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
trainando
trainano
traini
trainavano
trainavi
|
trekken
(n)
(v)
(Geld)
|
ricevere
(v)
(Geld)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
ricevendo
ricevi
ricevono
ricevevano
ricevevi
|
trekken
(n)
(v)
(pistool)
|
tracciare
(v)
(pistool)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
tracciando
tracci
tracciano
tracciavano
tracciavi
|
trekken
(n)
(v)
(tandheelkunde)
|
trainare
(v)
(tandheelkunde)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
trainando
trainano
traini
trainavano
trainavi
|
trekken
(n)
(v)
(beweging)
|
strascinare
(v)
(beweging)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
strascinando
strascinano
strascini
strascinavano
strascinavi
|
trekken
(n)
(v)
(roken)
|
estrarre
(v)
(roken)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
estraendo
estraggono
estrai
estraevano
estraevi
|
trekken
(n)
(v)
(tandheelkunde)
|
tracciare
(v)
(tandheelkunde)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
tracciando
tracci
tracciano
tracciavano
tracciavi
|
trekken
(n)
(v)
(beweging)
|
fumare mandando sbuffi di fumo
(v)
(beweging)
|
trekken
(n)
(v)
(aandacht)
|
sollevare
(v)
(aandacht)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
sollevando
sollevano
sollevi
sollevavano
sollevavi
|
trekken
(n)
(v)
(aandacht)
|
cattivare
(v)
(aandacht)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
cattivando
cattivano
cattivi
cattivavano
cattivavi
|
trekken
(n)
(v)
(algemeen)
|
levare
(v)
(algemeen)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
levando
levano
levi
levavano
levavi
|
trekken
(n)
(v)
(pistool)
|
tirare fuori
(v)
(pistool)
|
trekken
(n)
(v)
(beweging)
|
tracciare
(v)
(beweging)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
tracciando
tracci
tracciano
tracciavano
tracciavi
|
trekken
(n)
(v)
(voorwerpen)
|
tirare
(v)
(voorwerpen)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
tirando
tirano
tiri
tiravano
tiravi
|
trekken
(n)
(v)
(roken)
|
strascinare
(v)
(roken)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
strascinando
strascinano
strascini
strascinavano
strascinavi
|
trekken
(n)
(v)
(beweging)
|
tirare
(v)
(beweging)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
tirando
tirano
tiri
tiravano
tiravi
|
trekken
(n)
(v)
(tandheelkunde)
|
fumare mandando sbuffi di fumo
(v)
(tandheelkunde)
|
trekken
(n)
(v)
(tandheelkunde)
|
sfoderare
(v)
(tandheelkunde)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
sfoderando
sfoderano
sfoderi
sfoderavano
sfoderavi
|
trekken
(n)
(v)
(algemeen)
|
estrarre
(v)
(algemeen)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
estraendo
estraggono
estrai
estraevano
estraevi
|
trekken
(n)
(v)
(algemeen)
|
trascinare
(v)
(algemeen)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
trascinando
trascinano
trascini
trascinavano
trascinavi
|
trekken
(n)
(v)
(algemeen)
|
strascinare
(v)
(algemeen)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
strascinando
strascinano
strascini
strascinavano
strascinavi
|
trekken
(n)
(v)
(aandacht)
|
attirare
(v)
(aandacht)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
attirando
attirano
attiri
attiravano
attiravi
|
trekken
(n)
(v)
(roken)
|
levare
(v)
(roken)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
levando
levano
levi
levavano
levavi
|
trekken
(n)
(v)
(lijn)
|
tracciare
(v)
(lijn)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
tracciando
tracci
tracciano
tracciavano
tracciavi
|
trekken
(n)
(v)
(beweging)
|
trainare
(v)
(beweging)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
trainando
trainano
traini
trainavano
trainavi
|
trekken
(n)
(v)
(voorwerpen)
|
strascinare
(v)
(voorwerpen)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
strascinando
strascinano
strascini
strascinavano
strascinavi
|
trekken
(n)
(v)
(beweging)
|
estrarre
(v)
(beweging)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
estraendo
estraggono
estrai
estraevano
estraevi
|
trekken
(n)
(v)
(roken)
|
tracciare
(v)
(roken)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
tracciando
tracci
tracciano
tracciavano
tracciavi
|
trekken
(n)
(v)
(lijn)
|
estrarre
(v)
(lijn)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
estraendo
estraggono
estrai
estraevano
estraevi
|
trekken
(n)
(v)
(voorwerpen)
|
sfoderare
(v)
(voorwerpen)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
sfoderando
sfoderano
sfoderi
sfoderavano
sfoderavi
|
trekken
(n)
(v)
(tandheelkunde)
|
trascinare
(v)
(tandheelkunde)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
trascinando
trascinano
trascini
trascinavano
trascinavi
|
trekken
(n)
(v)
(pistool)
|
levare
(v)
(pistool)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
levando
levano
levi
levavano
levavi
|
trekken
(n)
(v)
(lijn)
|
tirare fuori
(v)
(lijn)
|
trekken
(n)
(v)
(voorwerpen)
|
tracciare
(v)
(voorwerpen)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
tracciando
tracci
tracciano
tracciavano
tracciavi
|
trekken
(n)
(v)
(beweging)
|
levare
(v)
(beweging)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
levando
levano
levi
levavano
levavi
|
trekken
(n)
(v)
(algemeen)
|
tirare fuori
(v)
(algemeen)
|
trekken
(n)
(v)
(tandheelkunde)
|
strascinare
(v)
(tandheelkunde)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
strascinando
strascinano
strascini
strascinavano
strascinavi
|
trekken
(n)
(v)
(lijn)
|
tirare
(v)
(lijn)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
tirando
tirano
tiri
tiravano
tiravi
|
trekken
(n)
(v)
(pistool)
|
fumare mandando sbuffi di fumo
(v)
(pistool)
|
trekken
(n)
(v)
(beweging)
|
sfoderare
(v)
(beweging)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
sfoderando
sfoderano
sfoderi
sfoderavano
sfoderavi
|
trekken
(n)
(v)
(tandheelkunde)
|
estrarre
(v)
(tandheelkunde)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
estraendo
estraggono
estrai
estraevano
estraevi
|
trekken
(n)
(v)
(pistool)
|
trascinare
(v)
(pistool)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
trascinando
trascinano
trascini
trascinavano
trascinavi
|
trekken
(n)
(v)
(pistool)
|
strascinare
(v)
(pistool)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
strascinando
strascinano
strascini
strascinavano
strascinavi
|
trekken
(n)
(v)
(aandacht)
|
destare
(v)
(aandacht)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
destando
destano
desti
destavano
destavi
|
trekken
(n)
(v)
(beweging)
|
trascinare
(v)
(beweging)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
trascinando
trascinano
trascini
trascinavano
trascinavi
|
trekken
(n)
(v)
(lijn)
|
levare
(v)
(lijn)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
levando
levano
levi
levavano
levavi
|
trekken
(n)
(v)
(voorwerpen)
|
tirare fuori
(v)
(voorwerpen)
|
trekken
(n)
(v)
(lijn)
|
trainare
(v)
(lijn)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
trainando
trainano
traini
trainavano
trainavi
|
trekken
(n)
(v)
(aandacht)
|
suscitare
(v)
(aandacht)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
suscitando
suscitano
susciti
suscitavano
suscitavi
|
trekken
(n)
(v)
(voorwerpen)
|
estrarre
(v)
(voorwerpen)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
estraendo
estraggono
estrai
estraevano
estraevi
|
trekken
(n)
(v)
(roken)
|
tirare
(v)
(roken)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
tirando
tirano
tiri
tiravano
tiravi
|
trekken
(n)
(v)
(lijn)
|
fumare mandando sbuffi di fumo
(v)
(lijn)
|
trekken
(n)
(v)
(lijn)
|
sfoderare
(v)
(lijn)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
sfoderando
sfoderano
sfoderi
sfoderavano
sfoderavi
|
trekken
(n)
(v)
(roken)
|
trascinare
(v)
(roken)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
trascinando
trascinano
trascini
trascinavano
trascinavi
|
trekken
(n)
(v)
(algemeen)
|
sfoderare
(v)
(algemeen)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
sfoderando
sfoderano
sfoderi
sfoderavano
sfoderavi
|
trekken
(n)
(v)
(roken)
|
tirare fuori
(v)
(roken)
|
trekken
(n)
(v)
(algemeen)
|
trainare
(v)
(algemeen)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
trainando
trainano
traini
trainavano
trainavi
|
trekken
(n)
(v)
(voorwerpen)
|
levare
(v)
(voorwerpen)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
levando
levano
levi
levavano
levavi
|
trekken
(n)
(v)
(algemeen)
|
tracciare
(v)
(algemeen)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
tracciando
tracci
tracciano
tracciavano
tracciavi
|
trekken
(n)
(v)
(roken)
|
trainare
(v)
(roken)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
trainando
trainano
traini
trainavano
trainavi
|
trekken
(n)
(v)
(pistool)
|
tirare
(v)
(pistool)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
tirando
tirano
tiri
tiravano
tiravi
|
trekken
(n)
(v)
(algemeen)
|
fumare mandando sbuffi di fumo
(v)
(algemeen)
|
trekken
(n)
(v)
(voorwerpen)
|
fumare mandando sbuffi di fumo
(v)
(voorwerpen)
|
trekken
(n)
(v)
(lijn)
|
trascinare
(v)
(lijn)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
trascinando
trascinano
trascini
trascinavano
trascinavi
|
trekken
(n)
(v)
(lijn)
|
strascinare
(v)
(lijn)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
strascinando
strascinano
strascini
strascinavano
strascinavi
|
trekken
(n)
(v)
(spier)
|
contrarsi
(v)
(spier)
|
trekken
(n)
(v)
(voorwerpen)
|
trascinare
(v)
(voorwerpen)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
trascinando
trascinano
trascini
trascinavano
trascinavi
|
trekken
(n)
(v)
(tandheelkunde)
|
levare
(v)
(tandheelkunde)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
levando
levano
levi
levavano
levavi
|
trekken
(n)
(v)
(beweging)
|
tirare fuori
(v)
(beweging)
|
trekken
(n)
(v)
(pistool)
|
trainare
(v)
(pistool)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
trainando
trainano
traini
trainavano
trainavi
|
trekken
(n)
(v)
(algemeen)
|
tirare
(v)
(algemeen)
|
getrokken
trekken
trekt
trokken
trok
|
tirando
tirano
tiri
tiravano
tiravi
|