zijspoor (n) (n) (spoorwegen) | voie de garage (f) (n) (spoorwegen) |
zijspoor (n) (n) (spoorwegen) | voie d'évitement (f) (n) (spoorwegen) |
zijspoor (n) (n) (spoorwegen) | voie d'embranchement (f) (n) (spoorwegen) |
op een zijspoor brengen | aiguiller sur une voie de garage |
op een zijspoor brengen | dévier du sujet |