verzoeken
(v)
(vragen)
|
implorer
(v)
(vragen)
|
verzocht
verzoeken
verzoekt
verzochten
verzocht
|
aient imploré
aies imploré
implore
|
verzoeken
(v)
(gunst)
|
prier
(v)
(gunst)
|
verzocht
verzoeken
verzoekt
verzochten
verzocht
|
aient prié
aies prié
prie
|
verzoeken
(v)
(dringend vragen)
|
convier à
(v)
(dringend vragen)
|
verzoeken
(v)
(vragen)
|
solliciter
(v)
(vragen)
|
verzocht
verzoeken
verzoekt
verzochten
verzocht
|
aient sollicité
aies sollicité
sollicite
|
verzoeken
(v)
(gunst)
|
supplier
(v)
(gunst)
|
verzocht
verzoeken
verzoekt
verzochten
verzocht
|
aient supplié
aies supplié
supplie
|
verzoeken
(v)
(vragen)
|
convier
(v)
(vragen)
|
verzocht
verzoeken
verzoekt
verzochten
verzocht
|
aient convié
aies convié
convie
|
verzoeken
(v)
(vragen)
|
inviter
(v)
(vragen)
|
verzocht
verzoeken
verzoekt
verzochten
verzocht
|
aient invité
aies invité
invite
|
verzoeken
(v)
(dringend vragen)
|
demander
(v)
(dringend vragen)
|
verzocht
verzoeken
verzoekt
verzochten
verzocht
|
aient demandé
aies demandé
demande
|
verzoeken
(v)
(dringend vragen)
|
prier de
(v)
(dringend vragen)
|
verzoeken
(v)
(vragen)
|
prier
(v)
(vragen)
|
verzocht
verzoeken
verzoekt
verzochten
verzocht
|
aient prié
aies prié
prie
|
verzoeken
(v)
(gunst)
|
convier
(v)
(gunst)
|
verzocht
verzoeken
verzoekt
verzochten
verzocht
|
aient convié
aies convié
convie
|
verzoeken
(v)
(vragen)
|
supplier
(v)
(vragen)
|
verzocht
verzoeken
verzoekt
verzochten
verzocht
|
aient supplié
aies supplié
supplie
|
verzoeken
(v)
(gunst)
|
implorer
(v)
(gunst)
|
verzocht
verzoeken
verzoekt
verzochten
verzocht
|
aient imploré
aies imploré
implore
|
verzoeken
(v)
(gunst)
|
solliciter
(v)
(gunst)
|
verzocht
verzoeken
verzoekt
verzochten
verzocht
|
aient sollicité
aies sollicité
sollicite
|
verzoeken
(v)
(dringend vragen)
|
inviter à
(v)
(dringend vragen)
|
verzoeken
(v)
(gunst)
|
inviter
(v)
(gunst)
|
verzocht
verzoeken
verzoekt
verzochten
verzocht
|
aient invité
aies invité
invite
|