verrassend (a) (verbazingwekkend) | consternant (a) (verbazingwekkend) |
verrassend (a) (opzienbarend) | saisissant (a) (opzienbarend) |
verrassend (a) (opzienbarend) | stupéfiant (m) (a) (opzienbarend) |
verrassend (a) (opzienbarend) | surprenant (a) (opzienbarend) |
verrassend (a) (opzienbarend) | consternant (a) (opzienbarend) |
verrassend (a) (verbazingwekkend) | saisissant (a) (verbazingwekkend) |
verrassend (a) (verbazingwekkend) | stupéfiant (m) (a) (verbazingwekkend) |
verrassend (a) (opzienbarend) | étonnant (a) (opzienbarend) |
verrassend (a) (verbazingwekkend) | bouleversant (a) (verbazingwekkend) |
verrassend (a) (verbazingwekkend) | déroutant (a) (verbazingwekkend) |
verrassend (a) (verbazingwekkend) | étonnant (a) (verbazingwekkend) |
verrassend (a) (verbazingwekkend) | surprenant (a) (verbazingwekkend) |
verrassend (a) (verbazingwekkend) | renversant (a) (verbazingwekkend) |