verantwoording (f) (n) (Reden) | justification (f) (n) (Reden) |
verantwoording (f) (n) (baan) | responsabilité (f) (n) (baan) |
verantwoording (f) (n) (verantwoordelijkheid) | compte rendu (m) (n) (verantwoordelijkheid) |
verantwoording (f) (n) (gedrag) | responsabilité (f) (n) (gedrag) |
verantwoording (f) (n) (verantwoordelijkheid) | explication (f) (n) (verantwoordelijkheid) |
verantwoording (f) (n) (verantwoordelijkheid) | justification (f) (n) (verantwoordelijkheid) |
verantwoording afleggen | rendre des comptes |
verantwoording afleggen | donner une explication |
verantwoording afleggen voor | répondre de |
verantwoording afleggen voor | se justifier pour |