onderhouden (n) (n) (machinerie) | entretien (m) (n) (machinerie) |
onderhouden (n) (n) (machinerie) | maintenance (f) (n) (machinerie) |
onderhouden (n) (v) (Familie) | subvenir aux besoins de (v) (Familie) |
onderhouden (n) (v) (eigendom) | divertir (v) (eigendom) |
onderhouden (n) (v) (eigendom) | amuser (v) (eigendom) |
onderhouden (n) (v) (Familie) | entretenir (v) (Familie) |
onderhouden (n) (v) (machinerie) | veiller à l'entretien de (v) (machinerie) |
onderhouden (n) (v) (Familie) | pourvoir à (v) (Familie) |
onderhouden (n) (v) (amuseren) | subvenir aux besoins de (v) (amuseren) |
onderhouden (n) (v) (eigendom) | subvenir aux besoins de (v) (eigendom) |
onderhouden (n) (v) (Familie) | amuser (v) (Familie) |
onderhouden (n) (v) (eigendom) | entretenir (v) (eigendom) |
onderhouden (n) (v) (eigendom) | subvenir à (v) (eigendom) |
onderhouden (n) (v) (eigendom) | pourvoir à (v) (eigendom) |
onderhouden (n) (v) (Familie) | faire vivre (v) (Familie) |
onderhouden (n) (v) (amuseren) | amuser (v) (amuseren) |
onderhouden (n) (v) (amuseren) | entretenir (v) (amuseren) |
onderhouden (n) (v) (Familie) | subvenir à (v) (Familie) |
onderhouden (n) (v) (Familie) | divertir (v) (Familie) |
onderhouden (n) (v) (Familie) | faire subsister (v) (Familie) |
onderhouden (n) (v) (machinerie) | entretenir (v) (machinerie) |
onderhouden (n) (v) (amuseren) | divertir (v) (amuseren) |