Kans — Nederlandse Frans vertaling12 vertalingen gevonden

kans (m) (n) (mogelijkheid) occasion (f) (n) (mogelijkheid)
kans (m) (n) (gelegenheid) chance (f) (n) (gelegenheid)
kans (m) (n) (gelegenheid) opportunité (f) (n) (gelegenheid)
kans (m) (n) (mogelijkheid) chance (f) (n) (mogelijkheid)
kans (m) (n) (gelegenheid) occasion (f) (n) (gelegenheid)
kans (m) (n) (gelegenheid) possibilité (f) (n) (gelegenheid)
kans (m) (n) (mogelijkheid) possibilité (f) (n) (mogelijkheid)
kans (m) (n) (mogelijkheid) opportunité (f) (n) (mogelijkheid)
kans (m) (n) (mogelijkheid) facilité (f) (n) (mogelijkheid)
kans (m) (n) (gelegenheid) convenance (f) (n) (gelegenheid)
kans (m) (n) (mogelijkheid) convenance (f) (n) (mogelijkheid)
kans (m) (n) (gelegenheid) facilité (f) (n) (gelegenheid)
Kans Voorbeelden1 Bijvoorbeeld gevonden
een kans maken avoir une bonne chance
Vertalen Kans in andere talen
Vertalen kans in Engels
Vertalen kans in Duits
Vertalen kans in Italiaans
Vertalen kans in Spaans
Vertalen kans in Portugees
Vertalen kans in Sloveens
Vertalen kans in Pools
Vertalen kans in Tsjechisch