en
es
pt
nl
de
fr
it
sv
pl
cs
lang
db
Aankleden
— Nederlandse Frans vertaling
2 vertalingen gevonden
aankleden
(v)
(transitief)
vêtir
(v)
(transitief)
aankleden
(v)
(transitief)
habiller
(v)
(transitief)
aangekleed
kleden aan
kleedt aan
kleedde aan
kleedden aan
aient habillé
aies habillé
habille
Aankleden
Voorbeelden
2 voorbeelden gevonden
zich warm aankleden
bien se couvrir
zich warm aankleden
s'habiller chaudement
Vertalen
Aankleden
in andere talen
—
Vertalen aankleden in Engels
—
Vertalen aankleden in Duits
—
Vertalen aankleden in Italiaans
—
Vertalen aankleden in Spaans
—
Vertalen aankleden in Portugees
—
Vertalen aankleden in Sloveens
—
Vertalen aankleden in Pools
—
Vertalen aankleden in Tsjechisch