voorbestemmen
(v)
(lot)
|
destinar
(v)
(lot)
|
voorbestemd
bestemt voor
bestemmen voor
bestemde voor
bestemden voor
|
destinado
destinan
destinas
destinabas
destinaban
|
voorbestemmen
(v)
(algemeen)
|
predeterminar
(v)
(algemeen)
|
voorbestemd
bestemt voor
bestemmen voor
bestemde voor
bestemden voor
|
predeterminado
predeterminan
predeterminas
predeterminaban
predeterminabas
|
voorbestemmen
(v)
(veroordelen)
|
condenar
(v)
(veroordelen)
|
voorbestemd
bestemt voor
bestemmen voor
bestemde voor
bestemden voor
|
condenado
condenan
condenas
condenaban
condenabas
|
voorbestemmen
(v)
(algemeen)
|
predestinar
(v)
(algemeen)
|
voorbestemd
bestemt voor
bestemmen voor
bestemde voor
bestemden voor
|
predestinado
predestinan
predestinas
predestinabas
predestinaban
|
voorbestemmen
(v)
(lot)
|
predestinar
(v)
(lot)
|
voorbestemd
bestemt voor
bestemmen voor
bestemde voor
bestemden voor
|
predestinado
predestinan
predestinas
predestinabas
predestinaban
|
voorbestemmen
(v)
(lot)
|
condenar
(v)
(lot)
|
voorbestemd
bestemt voor
bestemmen voor
bestemde voor
bestemden voor
|
condenado
condenan
condenas
condenaban
condenabas
|
voorbestemmen
(v)
(veroordelen)
|
predestinar
(v)
(veroordelen)
|
voorbestemd
bestemt voor
bestemmen voor
bestemde voor
bestemden voor
|
predestinado
predestinan
predestinas
predestinabas
predestinaban
|