uitwas (m) (n) (geneeskunde) | neoplasma (m) (n) (geneeskunde) |
uitwas (m) (n) (algemeen) | excrecencia (f) (n) (algemeen) |
uitwas (m) (n) (geneeskunde) | tumor (m) (n) (geneeskunde) |
uitwas (m) (n) (geneeskunde) | crecimiento incontrolado (m) (n) (geneeskunde) |
uitwas (m) (n) (geneeskunde) | protuberancia (f) (n) (geneeskunde) |
uitwas (m) (n) (geneeskunde) | bulto (m) (n) (geneeskunde) |
uitwas (m) (n) (algemeen) | excrescencia (f) (n) (algemeen) |
uitwas (m) (n) (geneeskunde) | proliferación (f) (n) (geneeskunde) |
uitwas (m) (n) (geneeskunde) | excrecencia (f) (n) (geneeskunde) |