Schuld — Nederlandse Spaans vertaling12 vertalingen gevonden

schuld (m) (n) (persoon) culpabilidad (f) (n) (persoon)
schuld (m) (n) (persoon) culpa (f) (n) (persoon)
schuld (m) (n) (verantwoordelijkheid) culpabilidad (f) (n) (verantwoordelijkheid)
schuld (m) (n) (persoon) deuda (f) (n) (persoon)
schuld (m) (n) (rechten) culpabilidad (f) (n) (rechten)
schuld (m) (n) (rechten) culpa (f) (n) (rechten)
schuld (m) (n) (verantwoordelijkheid) deuda (f) (n) (verantwoordelijkheid)
schuld (m) (n) (rechten) deuda (f) (n) (rechten)
schuld (m) (n) (verantwoordelijkheid) culpa (f) (n) (verantwoordelijkheid)
schuld (m) (n) (algemeen) deuda (f) (n) (algemeen)
schuld (m) (n) (algemeen) culpa (f) (n) (algemeen)
schuld (m) (n) (algemeen) culpabilidad (f) (n) (algemeen)
Schuld Voorbeelden6 voorbeelden gevonden
de schuld geven echar a uno la culpa de
de schuld geven culpar de
de schuld geven culpar
de schuld geven acusar de
de schuld geven acusar
de schuld schuiven op echar la culpa a
Vertalen Schuld in andere talen
Vertalen schuld in Engels
Vertalen schuld in Duits
Vertalen schuld in Frans
Vertalen schuld in Italiaans
Vertalen schuld in Portugees
Vertalen schuld in Sloveens
Vertalen schuld in Pools
Vertalen schuld in Tsjechisch