rommeltje (n) (n) (voorwerpen) | revoltijo (m) (n) (voorwerpen) |
rommeltje (n) (n) (voorwerpen) | embrollo (m) (n) (voorwerpen) |
rommeltje (n) (n) (voorwerpen) | mezcla (f) (n) (voorwerpen) |
rommeltje (n) (n) (voorwerpen) | lío (m) (n) (voorwerpen) |
rommeltje (n) (n) (voorwerpen) | maraña (f) (n) (voorwerpen) |
rommeltje (n) (n) (voorwerpen) | desorden (m) (n) (voorwerpen) |
een rommeltje maken van | estropear |
een rommeltje maken van | echar a perder |
een rommeltje maken van | desordenar |