Flink — vertaling Nederlandse Spaans. Vertalen Flink in Spaans

flink (a) (maaltijd)	sano como una manzana (a) (maaltijd)
flink (a) (persoon)	alegre (a) (persoon)
flink (a) (hoeveelheid)	de sobra (a) (hoeveelheid)
flink (a) (persoon)	robusto (a) (persoon)
flink (a) (hoeveelheid)	generoso (a) (hoeveelheid)
flink (a) (persoon)	animado (a) (persoon)
flink (a) (maaltijd)	abundante (a) (maaltijd)
flink (a) (lichaam)	musculoso (a) (lichaam)
flink (a) (persoon)	vivaz (a) (persoon)
flink (a) (hoeveelheid)	amplio (a) (hoeveelheid)
flink (a) (lichaam)	forzudo (a) (lichaam)
flink (a) (lichaam)	macizo (m) (a) (lichaam)
flink (a) (maaltijd)	robusto (a) (maaltijd)
flink (a) (persoon)	abundante (a) (persoon)
flink (a) (lichaam)	corpulento (m) (a) (lichaam)
flink (a) (hoeveelheid)	más que suficiente (a) (hoeveelheid)
flink (a) (hoeveelheid)	sustancial (a) (hoeveelheid)
flink (a) (maaltijd)	amplio (a) (maaltijd)
flink (a) (lichaam)	fornido (a) (lichaam)
flink (a) (maaltijd)	generoso (a) (maaltijd)
flink (a) (persoon)	sano como una manzana (a) (persoon)
flink (a) (hoeveelheid)	abundante (a) (hoeveelheid)
flink (a) (maaltijd)	de sobra (a) (maaltijd)
flink (a) (maaltijd)	más que suficiente (a) (maaltijd)
flink (a) (lichaam)	robusto (a) (lichaam)
flink (a) (lichaam)	fuerte (m) (a) (lichaam)
flink (a) (hoeveelheid)	considerable (a) (hoeveelheid)
flink (a) (lichaam)	membrudo (a) (lichaam)

Flink Voorbeelden7 voorbeelden gevonden

iemand flink de waarheid zeggen	ser honesto con alguien
iemand flink de waarheid zeggen	ser franco con alguien
iemand flink de waarheid zeggen	decir a uno cuatro verdades
iemand flink de waarheid zeggen	decir a alguien la completa verdad
met flink ontwikkelde boezem	opulenta
met flink ontwikkelde boezem	de proporciones voluminosas
zich flink houden	poner a mal tiempo buena cara

Vertalen Flink in andere talen

Flink — Nederlandse Spaans vertaling28 vertalingen gevonden