meebrengen (v) (halen) | fetch (v) (halen) |
meebrengen (v) (persoon) | bring (v) (persoon) |
meebrengen (v) (halen) | go get (v) (halen) |
meebrengen (v) (voorwerpen) | bring along (v) (voorwerpen) |
meebrengen (v) (halen) | get (v) (halen) |
meebrengen (v) (persoon) | bring along (v) (persoon) |
meebrengen (v) (halen) | bring (v) (halen) |
meebrengen (v) (voorwerpen) | bring (v) (voorwerpen) |