ineenstorting (f) (n) (prijzen) | slump (n) (prijzen) |
ineenstorting (f) (n) (uiteenvallen) | breaking up (n) (uiteenvallen) |
ineenstorting (f) (n) (prijzen) | sudden fall (n) (prijzen) |
ineenstorting (f) (n) (uiteenvallen) | falling apart (n) (uiteenvallen) |
ineenstorting (f) (n) (bedrijf) | crash (n) (bedrijf) |
ineenstorting (f) (n) (uiteenvallen) | disintegration (n) (uiteenvallen) |