distribueren (v) (uitdelen) | pass out (v) (uitdelen) |
distribueren (v) (uitdelen) | dispense (v) (uitdelen) |
distribueren (v) (uitdelen) | deal (v) (uitdelen) |
distribueren (v) (uitdelen) | distribute (v) (uitdelen) |
distribueren (v) (uitdelen) | deal out (v) (uitdelen) |
distribueren (v) (voorwerpen) | hand out (v) (voorwerpen) |