voorraad (m) (n) | Bestand (n) |
voorraad (m) (n) (voedingswaren) | Proviant (m) (n) (voedingswaren) |
voorraad (m) (n) (militair) | Rücklage (f) (n) (militair) |
voorraad (m) (n) (voedingswaren) | Vorräte (n) (voedingswaren) |
voorraad (m) (n) (hoeveelheid) | Reserve (f) (n) (hoeveelheid) |
voorraad (m) (n) (militair) | Reserve (f) (n) (militair) |
voorraad (m) (n) (hoeveelheid) | Lagerbestand (m) (n) (hoeveelheid) |
voorraad (m) (n) (hoeveelheid) | Rücklage (f) (n) (hoeveelheid) |
voorraad (m) (n) (hoeveelheid) | Vorrat (m) (n) (hoeveelheid) |
een te grote voorraad opslaan | zu viel einkaufen |
een te grote voorraad opslaan | überbeliefern |
een voorraad aanleggen | einen Vorrat anlegen |
in voorraad hebben | einen Vorrat haben |